Op 10 november vond de vierde ‘CO2 Value Day’ online plaats. Tijdens het evenement, dat we als partner mee hielpen opzetten, werd de vooruitgang in de ontwikkeling van de CCU-industrie geëvalueerd.

Bij BNP Paribas Fortis zijn we blij dat we dit evenement logistiek mee mogelijk konden maken, want het onderwerp CCU (Carbon Capture & Utilisation) ligt ons nauw aan het hart vanuit onze eigen inspanningen voor een koolstofarme economie.
Over CCU en CO2 Value Europe
‘Carbon Capture & Utilisation’ (koolstofafvang en -gebruik) omvat alle industriële processen die gericht zijn op het afvangen van CO2 - uit industriële bronnen of rechtstreeks uit de lucht - en het omzetten van die koolstofdioxide in bruikbare producten. Koolstof is vandaag dus niet uitsluitend nog een afvalstof, maar kan hergebruikt worden als grondstof voor heel wat toepassingen, bv. bouwmaterialen, de aanmaak van brandstoffen en in de chemische industrie.
CO2 Value Europe, een Europese organisatie die opgericht werd in 2017, wil de ontwikkeling en marktintroductie van deze duurzame industriële oplossingen bevorderen, om zo bij te dragen aan de vermindering van de wereldwijde CO2-uitstoot en aan de diversificatie van de grondstoffenbasis, weg van fossiele olie en gas. De organisatie verenigt meer dan 50 bedrijven uit diverse sectoren in heel Europa, waaronder 12 multinationals. Als enige financiële partner ondersteunen wij CO2 Value Europe door de organisatie toegang te geven tot onze expertise en ons netwerk.
Het evenement
De CO2 Value Day is voor alle leden van CO2 Value Europe telkens een unieke gelegenheid om de gemeenschappelijke vooruitgang in de ontwikkeling van de CCU-industrie te evalueren. Het evenement was dit jaar opnieuw een mix van plenaire presentaties, keynotespeeches en interactieve workshops.
Na een verwelkoming en een introductie door Stefanie Kesting, voorzitster van CO2 Value Europe, nam Sebastien Soleille het woord. Als Global Head of Energy Transition & Environment bij onze bank had hij het over de rol van banken bij het ondersteunen van duurzame ontwikkeling. Een verantwoordelijkheid die we bij BNP Paribas Fortis niet licht opnemen: met ons Sustainable Business Competence Centre helpen we al jaren bedrijven bij hun duurzame transitie. We focussen daarbij op 4 pijlers: decarbonisering, circulaire economie, menselijk kapitaal en slimme steden.
Daarna sprak Vincent Basuyau, Policy Officer bij DG GROW over CCU in de huidige EU-beleidscontext. Daarbij ging het vooral over het ‘Innovation Fund’, dat door Europa opgericht werd om te investeren in innovatieve projecten die industriële activiteiten in Europa koolstofvrij maken.
Ook de plannen voor 2021 werden uit de doeken gedaan. CO2 Value Europe zal het komende jaar vooral focussen op de verdere ontwikkeling en de markttoepassingen van CCU-technologieën. Het doel is om de vele verschillende spelers die betrokken zijn bij CO2-gebruik in Europa te coördineren, hun inspanningen in de waardeketen te integreren en de ambassadeur te worden van de CO2-gebruiksgemeenschap richting beleidsmakers en financiers. Want een gunstig wettelijk en marktkader is een vereiste om CCU-oplossingen commercieel te kunnen inzetten.
CO2 Value Europe wil de verdere ontwikkeling van CCU-technologieën stimuleren door:
- oplossingen te bieden om de netto CO2-uitstoot van moeilijk te decarboniseren sectoren te verkleinen, zoals de energie-intensieve procesindustrieën (bv. cement en kalk, chemicaliën, staal en andere metalen) of de transportsector;
- negatieve emissies te creëren bij het afzonderen van CO2 in bouwmaterialen die ontstaan door de carbonatatie van mineraal afval;
- een alternatieve grondstof aan te bieden voor de productie van chemische bouwstenen en ter vervanging van fossiele olie en gas;
- de opslag en het transport van hernieuwbare energie te vergemakkelijken, waardoor de transitie van energiesystemen in de EU wordt versneld;
Er was ook tijd voor twee break-outsessies: tijdens de eerste werd er gesproken over de ontwikkeling van een strategie om een regelgevend kader te creëren dat CCU-technologieën ondersteunt.
De tweede sessie ging over projecten en financiering. Daarin vertelde o.a. Aymeric Olibet, Sustainable Business Advisor bij BNP Paribas Fortis, over de oplossingen die we met ons Sustainable Business Competence Centre aan bedrijven bieden. Daarnaast had hij het ook over het financieren van duurzame projecten via green bonds en green loans, en over blended finance, een mix van publieke en privéfinanciering.
Tot slot konden de deelnemers tijdens online speedmeetings in contact komen met andere deelnemers.
20.08.2020
Bomen: kampioenen in koolstofcaptatie
Nieuwe bossen om de gevolgen van de klimaatopwarming tegen te gaan. Dat is de ambitie die WeForest samen met zijn partners succesvol wist waar te maken. Wij spraken met Marie-Noëlle Keijzer, CEO en medeoprichtster.
WeForest is al tien jaar lang actief in de strijd tegen de ontbossing. Hoe ziet u de evolutie van de houding van bedrijven ten opzichte van de klimaatuitdagingen?
Marie-Noëlle Keijzer: "In het begin moest ik bij de CEO's gaan aankloppen om te proberen hen te overtuigen en ons model te verkopen: projecten die bedrijven makkelijker toegang bieden tot herbebossing ten voordele van het klimaat. Vandaag is er gelukkig een pak meer enthousiasme: wij krijgen ontzettend veel aanvragen van bedrijven en zelfs van organisaties zoals de onze. Dat is een goed teken! Het betekent dat steeds meer spelers zich bewust beginnen te worden van de klimaatdreiging. Maar er is nog niets gewonnen ... We moeten inspanningen blijven leveren."
Een echte verandering van paradigma?
MNK: "Goedschiks of kwaadschiks, er is wel degelijk een globale beweging in die richting. Tal van bedrijven zijn bijvoorbeeld 'verplicht' om zich te engageren, omdat ze onder druk worden gezet door hun stakeholders (investeerders, klanten enz.). Sommige groepen eisen koolstofneutraliteit bij hun leveranciers of een echt duurzaam engagement bij hun verschillende partners. En dan is er ook nog de steeds grotere verplichting om een niet-financiële reporting op te stellen ... We zien bovendien dat bedrijven die al verder staan in hun milieuaanpak, ook de schade uit het verleden willen herstellen. Dat is bemoedigend."
Wat heeft WeForest de bedrijven te bieden?
MNK: "De koolstofcompensatie is een mainstreamconcept. Maar we bieden meer dan dat ... CO2 op zich zegt niet veel. Koolstofkredieten kopen is abstract en simplistisch. Kunnen bijdragen aan het herstel van de natuur in een bepaald geografisch gebied is daarentegen een reëel project, een sterk engagement. Op die manier kan het bedrijf zijn partners een echt verhaal vertellen. Het kan communiceren over zijn investering in onze planeet, bijvoorbeeld door klanten de mogelijkheid te bieden 'een boom te planten bij de aankoop van een bepaald product'. Er zit echt iets concreets achter die aanpak."
Uw aanpak gaat dus verder dan herbebossing alleen ...
MNK: "Klopt. Onze projecten zijn niet beperkt tot het aanplanten van bomen. Je kunt trouwens beter een oud bos beschermen dan een nieuw aan te leggen. Daarom leggen wij de nadruk op het behoud en het herstel van de bossen. Onze aanpak is duurzaam en continu. Je moet bomen niet alleen doen groeien, maar ook verzorgen en beschermen. Anders zouden ze bijvoorbeeld gekapt worden voor de behoeften van de lokale bevolking. Wij werken dus met hen (bijvoorbeeld de boeren) samen om hen bewust te maken en hen alternatieven aan te reiken. En net dat maakt ons werk zo complex: onze projecten zijn duurzaam in alle opzichten (milieu, sociaal-economisch enz.)."
Hoe verloopt dat op het terrein?
MNK: "Wij hebben niet meer ons hele leven voor ons. Ons doel is dus een snelle, duurzame en efficiënte impact. Daarom werken we samen met partners ter plaatse. Dat zijn ngo's die al een boomkwekerij hebben bijvoorbeeld, of initiatieven die samenwerken met de lokale bevolking. Wij helpen hen te groeien, zich verder te ontwikkelen en zich sneller te verbeteren. Wij spelen echt de rol van projectcoördinator: wij organiseren coachings, opleidingen, bewustmakingsacties enz. De bedoeling is onze expertise te delen om samen vooruit te gaan!"
En wat betekent dat concreet voor de partnerbedrijven?
MNK: "Neem nu het voorbeeld van een multinational die duizenden tonnen CO2 per jaar produceert. De bedoeling van dat bedrijf zou kunnen zijn om dat uitstootvolume te compenseren om tegen 2030 koolstofneutraal te zijn. Op basis van een reeks parameters en berekeningen stellen wij dan een project op maat voor waarmee dat bedrijf op termijn koolstofkredieten kan genereren. Dat alles wordt gecertificeerd zodat het bedrijf alle garanties heeft. Temeer omdat het bedrijf ook het herbebossingsproject voorfinanciert. Het engageert zich dus echt op lange termijn. Die 20 of 30 jaar heb je ook echt wel nodig om een mooi en divers bos te zien groeien. De projecten zijn uiteraard zeer gevarieerd en sommige bedrijven kopen liever onmiddellijk kredieten om meteen neutraal te zijn ... Maar wij geven de voorkeur aan samenwerkingen op lange termijn!"
Welke soorten bedrijven engageren zich zoal?
MNK: "Bedrijven van allerlei omvang en uit alle sectoren: van internetgiganten tot oliebedrijven, en van banken tot jonge en zeer geëngageerde start-ups. Wij waken echter ook over de globale samenhang van hun intenties om opportunistische keuzes te vermijden. Gewoon betalen om bomen te planten, volstaat niet: het engagement moet passen in een bredere strategie en de toepassing van andere duurzame maatregelen. We herinneren hen er altijd eerst aan dat koolstof schadelijk is! Ze moeten dus in de eerste plaats hun koolstofvoetafdruk meten en de uitstoot van broeikasgassen vermijden. Vervolgens moeten ze hun niet te reduceren uitstoot zo veel mogelijk terugdringen ... en pas daarna de uitgestoten CO2 compenseren."
Kunt u ons wat meer vertellen over de concrete impact van uw verschillende acties?
MNK: "Eind vorig jaar hadden we bijna 25 miljoen bomen geplant op een totaaloppervlak van 23.000 hectare bos. Een boom heeft iets magisch. Het is de beste technologie ter wereld om koolstof op te vangen. Maar het gaat niet alleen om gewoon bomen planten: we dragen bij aan het herstel van de biodiversiteit en de transformatie van de landschappen. Een globale ambitie voor het milieu én voor de lokale bevolkingsgroepen. Het ene kan bovendien niet zonder het andere: we gaan op zoek naar ecologische integriteit om het menselijke welzijn te verbeteren en zo de bescherming van de bossen op lange termijn te garanderen. Daarom evalueren we onze impact op volledige gebieden. In tien jaar tijd werkten we al aan meer dan 180.000 hectare en we mikken op 250.000 hectare tegen 2021."
De huidige pandemie heeft zware gevolgen voor de planeet. Hoe ziet u de toekomst in dat opzicht?
MNK: "Eerst en vooral denk ik dat het coronavirus een rechtstreeks gevolg is van de milieusituatie. Het verlies van biodiversiteit en het vernietigen van de bossen liggen aan de basis van tal van onregelmatigheden. Denk bijvoorbeeld maar aan wilde diersoorten die allerlei ziektes dragen waartegen wij niet immuun zijn. Er wordt ook een economische recessie aangekondigd ... Waarschijnlijk zal die ook de milieu-initiatieven afremmen. Wij hebben echter geen keuze en blijven ons inzetten om in te spelen op de klimaatdreiging. Het ecologische bewustzijn is er: dat moeten we vasthouden om de uitdaging aan te gaan en de wereld te veranderen."
begeleiden u tijdens uw duurzame transitie.
Aarzel niet om hen te contacteren!
02.05.2019
CO2 neutraal worden, het kan nog
De klimaatexperts delen dezelfde mening: de uitstoot van CO2 moet zo snel mogelijk verminderen. Een opvang van CO2 figureert tussen de mogelijke oplossingen, maar staat nog in de kinderschoenen. Wij hebben een rol te spelen!

CO2 is niet alleen een reststof die in de atmosfeer wordt gelost na verbranding van fossiele brandstoffen, het kan ook dienen als grondstof. Het capteren, opslaan of hergebruiken van CO2 biedt dan ook heel wat kansen voor de strijd tegen de klimaatopwarming.
“Kennisdelen is een belangrijk deel van de opdracht van het SBCC”, vertelt initiatiefnemer Aymeric Olibet van het Sustainable Business Competence Centre. “We moeten meer dan ooit met onze klanten praten over de klimaatrisico’s, de energietransitie en duurzaamheid in het algemeen. Het delen van kennis en best practices en het samenbrengen van de diverse experts speelt daarin een sleutelrol”.
Nog 10 jaar
Dat het hoog tijd is om de CO2-uitstoot drastisch te verlagen, werd overvloedig geïllustreerd door Xavier Pouria, klimaatwetenschapper bij ECORES. Zijn boodschap is heel duidelijk: “we hebben nog 10 jaar om deCO2-uitstoot drastisch naar beneden te krijgen, willen we de temperatuurstijging op aarde beperken tot 1,5 graden Celsius. En dat is nodig om te vermijden dat het ecosysteem op aarde ongecontroleerd wijzigt waardoor steeds meer oogsten mislukken, de visvangst verder daalt, extreme weersituaties frequenter voorvallen, met de bijhorende gevolgen op sociaal en geopolitiek vlak”.
Streven naar een volledige zero emissie van CO2 tegen 2050 is volgens hem de enige duurzame oplossing voor de klimaatproblematiek. En dat kan op drie manieren: het globaal energieverbruik verlagen, een transitie naar carbon neutrale energieproductie stimuleren en het uit de lucht halen en stockeren van CO2 in materialen, in biomassa (energie) of in de natuur (bomen of onder de grond).
CO2-industrie in opmars
Damien Dallemagne van CO2 Value toonde aan dat er zich stilaan een industrie ontwikkelt rond het opslaan en gebruiken van CO2. Zo wordt vandaag CO2 al gebruikt als grondstof voor beton of bouwstenen. Jan Theulen van Heidelberg Cement schetste hoe zijn onderneming CO2 uit de cementfabrieken recupereert en opnieuw gebruikt in de productie van cement.
Stanislas Vandenberg van TOTAL legde de plannen van de energiereus uit om CO2 op te slaan in oude gaswinningssites in Noorwegen en de UK. En Daniel Marenne van ENGIE illustreerde hoe CO2 kan worden gerecycleerd om brandstof te produceren of gebruikt als basisgrondstof voor de chemische sector.
Christoph Beuttler van Climeworks presenteerde zijn technologie om CO2 direct uit de lucht te halen en te verkopen aan industriële klanten uit de landbouw- en voedingssector of de automobielindustrie. Volgens hem wordt CO2 opgevangen in de industrie, in de toekomst mogelijk een schaarse grondstof en hebben we er alle belang bij om het rechtstreeks uit de lucht te halen.
Carbon offset voor bedrijven
Sebastien Nunes, CEO van ClimateSeed kwam tot slot hun initiatief voorstellen. ClimateSeed is een platform dat bedrijven en lokale autoriteiten die hun CO2-uitstoot willen compenseren samenbrengt met projectontwikkelaars die duurzame projecten implementeren om CO2-uitstoot te vermijden of te capteren. Deze online marktplaats is een initiatief van de Groep BNP Paribas om de vrijwillige handel in emissierechten transparanter en sneller te maken.
Alle experts waren het eens over één ding: Carbon Capturing & Storage is noodzakelijk om de objectieven te halen, maar de industriële verwerking van CO2 staat nog in zijn kinderschoenen.
Hoe kunnen wij als bedrijf bijdragen aan de eliminatie van koolstof en het creëren van een markt voor CO2-producten? Laten we erover praten! Ontdek ook de voordelen van ons Sustainable Business Competence Centre.
02.05.2023
Hoever staan we op de weg naar duurzame mobiliteit?
BNP Paribas Fortis liet een onderzoek uitvoeren over mobiliteit. Daaruit blijkt dat dit een belangrijke uitdaging blijft de komende jaren. De bank is vastberaden om haar rol op te nemen.
Uit een onderzoek over mobiliteit uitgevoerd in november 2022 bij 2000 mensen, representatief voor de Belgische bevolking, blijkt dat de overstap naar elektrisch rijden hapert. Bijna 80% rijdt vandaag nog op diesel of benzine en meer dan een derde daarvan is niet van plan zijn of haar wagen op korte termijn in te ruilen voor een milieuvriendelijker exemplaar. Toch wil bijna 50% tegen 2029 elektrisch rijden. Maar dan moeten er wel wat hindernissen weggewerkt worden. Ook de bank moet volgens twee derde van de respondenten een proactieve rol opnemen bij de transitie naar een duurzame mobiliteit.
- Nog maar 10% van de wagens in het straatbeeld is vandaag elektrisch, hybride of rijdt op waterstof. De gebruikers ervan zijn wel zeer tevreden. Openbare laadpalen zijn een knelpunt. De meeste gebruikers hebben een eigen laadpaal. Het klimaat blijft het belangrijkste argument om over te stappen.
- Veranderen van mobiliteitsgewoontes is niet zo eenvoudig. De switch naar elektrificatie verloopt traag en er zijn meer incentives nodig zoals fiscale maatregelen, maar vooral een verplichting van de overheid. De prijzen moeten ook omlaag, net als de praktische nadelen van rij- en oplaadtijden.
- Als gevolg daarvan is ook het enthousiasme over nieuwe mobiliteitsinitiatieven eerder gematigd. Al heeft een app die mobiliteit combineert, vooral in grote steden, veel slaagkansen.
- Mobiliteit en werk zijn sterk verbonden. 1 op de 3 besteedt er minstens een uur per dag aan. Telewerken is slechts een oplossing voor 50%. De andere helft van de respondenten heeft de mogelijkheid niet om af en toe thuis te werken.
- Niet iedereen is al vertrouwd met deelauto’s, -fietsen en laadpalen. Er moet nog meer bewustzijn gecreëerd worden rond nieuwe mobiliteit.
Mobiliteitspartner
BNP Paribas Fortis wil absoluut blijven bijdragen aan een meer duurzame mobiliteit en een mobiliteitspartner zijn voor zowel professionele als particuliere klanten. Dat doen we door u goed te informeren over alle voordelen van een milieuvriendelijke overstap. Maar ook door u ondersteuning te bieden via financiering, verzekering en leasing. En tot slot willen we via innovatieve diensten een globaal antwoord bieden op de mobiliteitsbehoeften van morgen.
02.05.2023
Beroepsverplaatsingen: de opmars van de fiets
Met de fiets naar het werk in plaats van met de auto? Werknemers doen het steeds vaker. Philippe Kahn, expert in mobiliteitsoplossingen, legt ons uit hoe en waarom.

In onze ambitie om onze verplaatsingen milieuvriendelijker te maken, zien we dat het gedrag stilaan verandert en bijvoorbeeld het gebruik van de fiets toeneemt, ook en vooral voor beroepsverplaatsingen. Daarover vertelt Philippe Kahn, Mobility Solutions Expert bij Arval BNP Paribas Group.
Twee op de drie Belgen houden van zachte mobiliteit, vooral van fietsen
Uit de enquête 'Mobility Tomorrow & Beyond' van Profacts blijkt dat twee op de drie Belgen kiezen voor zachte mobiliteit. "Maar de grote verandering is vooral het almaar frequentere gebruik van de fiets voor beroepsverplaatsingen en woon-werkverkeer. Dat geldt ook voor wie naar school of naar het kinderdagverblijf gaat, dankzij de komst van elektrische bakfietsen op de markt", verduidelijkt Philippe Kahn.
Een gunstig reglementair kader
Maar welke elementen kunnen dat frequentere gebruik van de fiets voor beroepsverplaatsingen verklaren? "Laten we eerst even stilstaan bij de evolutie van het reglementaire kader", antwoordt Philippe Kahn. "De creatie van het federale mobiliteitsbudget opende de deuren naar een interessante alternatieve mobiliteit voor alle werknemers. Dat budget laat immers toe om binnen een fiscaal voordelig loonpakket een comfortabele bedrijfsfiets te kiezen. Het mobiliteitsbudget kan zelfs gebruikt worden om de kosten van je woning te dekken als je meer dan de helft van de tijd thuiswerkt of binnen een straal van 10 km van je werkplek woont. Het is dus bijvoorbeeld mogelijk om een bedrijfswagen te vervangen door een mix van een elektrische fiets en een tegemoetkoming in die huisvestingskosten. Daarnaast zullen twee nieuwe maatregelen vanaf 1 mei 2023 die trend nog versterken: de verhoging van de fietsvergoeding voor woon-werkverkeer naar 27 cent netto per afgelegde km, maar ook de uitbreiding van het recht op die vergoeding naar alle Belgische werknemers. Concreet betekent dit dat wie voor die verplaatsingen kiest voor de fiets, daar voortaan een substantiële beloning voor krijgt."
De investeringen in openbare infrastructuur werpen vruchten af
Er is nog een andere belangrijke reden voor het toegenomen fietsgebruik: de evolutie van de wegeninfrastructuur. Philippe Kahn: "Wat je kan overtuigen om met de fiets naar het werk te komen, is de zekerheid dat je je traject veilig aflegt. Enkele jaren geleden was fietsen naar bijvoorbeeld je werk in Brussel niet zo simpel. Maar tegenwoordig maakt de fietsinfrastructuur die trajecten steeds veiliger, onder meer dankzij de fietssnelwegen waar alleen fietsen rijden. Naast Vlaanderen en de grote steden wordt er nu ook volop geïnvesteerd in de rest van het land. De voorbije jaren is er in Brussel heel wat veranderd en ook in Wallonië begint het te bewegen.”
Eén Belg op de twee woont binnen een straal van 15 km van het werk
Ook de afstand die je aflegt om naar het werk te komen, speelt een cruciale rol in de aantrekkelijkheid van de fiets. "Eén Belg op de twee woont op maximaal 15 km van het werk, een afstand die je makkelijk met de fiets kan afleggen", voegt Philippe Kahn eraan toe. "De evolutie van de infrastructuur in combinatie met dat gegeven, maakt dat fietsen voor professionele verplaatsingen voor veel Belgen een realistische optie is. En de vergoeding van 27 cent per kilometer zal hen nog meer aanmoedigen om de stap te zetten."
Wat is het federale mobiliteitsbudget?
Dat systeem maakt het mogelijk om het budget dat oorspronkelijk aan de bedrijfswagen werd toegekend, te verdelen over drie pijlers in een loonpakket. Die drie pijlers zijn:
- een wagen die geen of weinig CO2 uitstoot (minder dan 95 g/km), zoals een elektrische wagen;
- duurzame vervoermiddelen, waaronder de fiets, maar in sommige gevallen ook huisvestingskosten, zoals de huur of de terugbetaling van een hypothecaire lening;
- een cash uitbetaling van het saldo van het mobiliteitsbudget.
Dat mechanisme van het mobiliteitsbudget laat bijvoorbeeld toe om een thermische bedrijfswagen te laten vallen voor een elektrische wagen en een fiets, en dat aan dezelfde fiscaal gunstige voorwaarden, zowel voor de werkgever als voor de werknemer.
78% van de professionele leasefietsen is elektrisch
Om tegemoet te komen aan de behoeften van bedrijven en hun personeel heeft Arval fietsleasing geïntegreerd in zijn aanbod. Die 'full services' leasing dekt onder meer het onderhoud, de pechverhelping, verzekeringen of herstellingen, zoals dat gewoonlijk voor een wagen gebeurt. Philippe Kahn wijst ook graag op enkele zeer significante tendensen. "60% e-bikes en 18% speed pedelecs: in totaal is 78% van de bedrijfsfietsen die we leasen elektrisch. Ook het succes van de topfietsen valt heel duidelijk op, met een kostprijs van enkele duizenden euro's, bijvoorbeeld elektrische bakfietsen.
Vanwaar dat succes? Ongetwijfeld uit opportuniteit: met het mobiliteitsbudget of cafetariaplan van de werkgever worden dergelijke fietsen betaalbaarder. Maar dat is misschien ook een gevolg van de eigenheden van onze fiscale regelgeving: de fiscale stimulans wordt groter naarmate de fiets duurder wordt. Een andere interessante vaststelling is dat wanneer de fiets een auto vervangt, dat meestal de tweede auto van het gezin is. Een radicale vervanging van de auto door de fiets is dus nog niet aan de orde, maar door de invoering van de bedrijfsfiets kan in elk geval het totaal aantal afgelegde kilometers met de wagen verminderd worden."
Digitale toepassingen om de sprong te wagen
Tot slot wijst Philippe Kahn op een laatste element dat de fiets kan helpen om zich als professioneel vervoermiddel bij uitstek te profileren. "Ik denk dat technologie, en dan vooral digitale toepassingen, veel kunnen veranderen. We mogen verwachten dat de markt van toepassingen voor professionele fietsverplaatsingen sterk zal groeien. Het businessmodel van het huren van een elektrische fiets 'on the go' is nu al gebaseerd op een smartphoneapp. Beeld je maar eens het succes in van een app waarmee je een fietsvriendelijke route kan bepalen die veilig is en geschikt is voor beroepsverplaatsingen, en de nieuwe versnelling die dat voor dit type verplaatsingen kan betekenen", besluit Philippe Kahn.