Programma's rond intrapreneurship zijn niet meer gewoon een modeverschijnsel maar een echte noodzaak geworden. Een noodzaak om te innoveren van binnenuit, waarbij de medewerkers – die het bedrijf als geen ander kennen – de nodige middelen krijgen om ideeën voor te stellen en ze concreet vorm te geven. De methode slaat aan en levert de nodige resultaten op, maar vereist tegelijk ook vaak een verandering van paradigma in de bedrijfscultuur ...
Innoveren is vandaag meer dan ooit een van de grootste bekommernissen van de bedrijven, zeker bij grote groepen. Ze worden gedwongen om zichzelf opnieuw uit te vinden en zich flexibel op te stellen om te kunnen blijven opboksen tegen de bikkelharde concurrentie van kleinere, maar ook soepelere en meer gewaagde structuren. Tal van bedrijven zetten dan ook volop in op programma's rond intrapreneurship. Het concept op zich is eenvoudig te begrijpen, maar niet altijd even makkelijk toe te passen. Kort uitgelegd houdt het in dat het bedrijf alles in het werk stelt zodat de medewerkers – de mensen die het reilen en zeilen in het bedrijf het best kennen – de rol van ondernemer kunnen opnemen binnen de organisatie zelf. Met andere woorden, de bedoeling is dat zij de mogelijkheid krijgen om hun ideeën voor te stellen, 'outside the box' te denken, te innoveren, de processen te verbeteren en vervolgens zelfstandig innovatieve projecten kunnen opzetten met de steun van het bedrijf. De werkgever neemt de risico's en de kosten op zich, maar plukt natuurlijk wel de vruchten van de evolutie.
Kansen grijpen!
Innovatie 'inhouse' stimuleren is natuurlijk het belangrijkste voordeel van intrapreneurship. Het is een manier om het bedrijf van binnenuit (opnieuw) een boost te geven, concurrentiëler en meer agile te worden enz. De aanpak beperkt zich echter niet tot de verbetering van de producten en diensten die het bedrijf aanbiedt of de verovering van nieuwe markten. Deze 'inwendige' beweging moet immers ook leiden tot vooruitgang op het niveau van de procedures, de organisatie, de werking en ga zo maar door. Daarom is intrapreneurship ook geen privilege voor een elitegroepje van 'high potential' kaderleden. De ideeën moeten immers van overal komen om een echte toegevoegde waarde te creëren op alle niveaus van het bedrijf. In dat opzicht heeft die collaboratieve en inclusieve creativiteit ook een positieve impact op het personeel. Denk onder meer aan waardering, meer onafhankelijkheid, integratie, een groter verantwoordelijkheidsgevoel, meer zin voor initiatief en een betere inpassing in de bedrijfscultuur. Een dynamiek die ook zijn nut kan bewijzen bij het aantrekken van nieuw talent, onder meer bij de 'millenials'. Die generatie is immers vaak op zoek naar een zekere mate van vrijheid en onafhankelijkheid, en vindt het fijn om persoonlijke ideeën te kunnen uiten, zichzelf te ontplooien of zich nuttig te voelen.
Als een 'interne' start-up
Intrapreneurship is niet nieuw. In de Verenigde Staten bijvoorbeeld hebben heel wat innovatieve bedrijven het nut ervan al sinds lange tijd ingezien. Bij Google bijvoorbeeld krijgen de werknemers een 'tijdslot' om te broeden op nieuwe ideeën. Zo kwam Paul Buchheit in 2001 met een project rond een brievenbus voor elektronische post ... en werd de geboorte van Gmail een feit! Hoewel innovatie in bepaalde gevallen voortkomt uit een plotse ingeving van een briljante medewerker, zien we in de meeste grote bedrijven een heuse organisatie rond 'ondernemerschap'. Ook bij Facebook is dat het geval. Een van de voornaamste evoluties in het bedrijf is de bekende 'like'-knop. En die is het resultaat van een hackathon, een initiatief dat intern werd georganiseerd om de creativiteit te stimuleren. LinkedIn biedt zijn medewerkers dan weer de mogelijkheid om elke maand een idee voor te stellen. Wordt dat idee goedgekeurd, dan krijgen ze drie maanden de tijd om het te verwezenlijken. De werknemers van het Europese bedrijf Deutsche Telekom beschikken dan weer over Uqbate, een platform waar ze hun creativiteit de vrije loop kunnen laten. Voorbeelden genoeg dus, en niet alleen in multinationals!
Openheid en omkadering
Incubatoren, acceleratoren, R&D-labo's, awards voor de beste projecten en noem maar op. Er bestaan tal van methodes om ondernemerschap binnen de organisatie te stimuleren. De aanpak lijkt aanlokkelijk, maar vereist vaak een verandering van paradigma in de bedrijfscultuur om het ook doeltreffend in het DNA te integreren. Bovendien moet het goede voorbeeld van bovenaf komen. Om een klimaat van intrapreneurship te bevorderen, zijn immers een aangepast management en een aangepaste communicatie nodig. Zo moeten bedrijfsleiders hun werknemers die zich in het avontuur willen storten onder meer kunnen ondersteunen, meer autonomie geven, motiveren of zelfs voor hun inspanningen belonen. Ruimte voor creativiteit vraagt ook om een evenwicht: de medewerkers moeten de nodige bewegingsvrijheid krijgen om 'outside the box' te kunnen denken, maar tegelijk moet er een sterke structuur zijn om hen te helpen hun projecten waar te maken. Een uitdaging van formaat, niet alleen voor het bedrijf maar ook voor de medewerkers zelf. Toch is het avontuur zeker de moeite waard, op voorwaarde dat niet alleen de successen maar ook de 'mislukkingen' naar waarde worden geschat.
08.03.2024
Bedrijven hebben er belang bij om te kiezen voor elektrische en multimodale mobiliteit
BNP Paribas Fortis is klaar voor de mobiliteit van morgen. Onze bijdrage gaat veel verder dan het leasen van elektrische voertuigen, zegt Laurent Loncke, General Manager Retail Banking en lid van het directiecomité van de bank.
Hoe kunnen bedrijven van mobiliteit een van de hefbomen maken van hun transitie?
“Als we alleen kijken naar het voertuiggebruik, kan de overstap van fossiele naar elektrische energie de CO2-uitstoot verminderen met een factor vier. Die verandering wordt meer dan ooit fiscaal aangemoedigd in ons land. Vanaf 2035 is de verkoop van auto's met verbrandingsmotoren ook verboden in de Europese Unie. Of het nu gaat om de bedrijfsvloot of de bedrijfswagens voor het personeel, elk bedrijf heeft er belang bij te kiezen voor elektrisch rijden. En dat naast andere vormen van mobiliteit.”
Hebben alle bedrijven dat begrepen?
“Vandaag zijn twee op de drie nieuwe voertuigen bedrijfswagens. En 80% van die bestellingen zijn elektrische voertuigen. Dat is ook het geval bij onze partner Arval.”
Bedrijven spelen dus een voortrekkersrol in deze transitie?
“Zeker. In de eerste plaats omdat bedrijfswagens de tweedehandsmarkt voeden. Dat zal elektrisch rijden voor iedereen toegankelijker maken. Vervolgens omdat wie voor een elektrische auto kiest zijn vrienden en familie kan aanmoedigen hetzelfde te doen. Onze recente Profacts-studie toont aan dat 85% van de eigenaars van een elektrisch voertuig tevreden tot zeer tevreden is dat ze de stap hebben gezet. Maar 42% van de Belgen is nog terughoudend. De helft van hen is bang dat hun batterij leeg is voordat ze kunnen opladen.”
Is die angst terecht?
“Niet helemaal. De meeste automobilisten voelen zich pas comfortabel met een bereik van 500 kilometer, ook al rijden ze maar enkele tientallen kilometers per dag. Los daarvan is het absoluut noodzakelijk om het oplaadnetwerk verder te ontwikkelen. Voor veel mensen, vooral in steden, is het niet mogelijk om thuis een oplaadpunt te installeren. BNP Paribas Fortis draagt bij aan de uitbreiding van het oplaadnetwerk via de participatie in Optimile. Deze Gentse scale-up biedt softwareoplossingen aan voor het opladen van elektrische wagens en ontwikkelt strategische partnerschappen voor de installatie en het onderhoud van oplaadpunten.”
Kan een elektrische auto worden opgenomen in het verloningspakket van elke werknemer?
“Tegenwoordig verschijnen er minder dure voertuigen op de markt die toegankelijk zijn voor het midden- en lager kader. Daarnaast telt bij een elektrische wagen vooral de Total Cost of Ownership. En die totale kosten liggen veel lager dan bij een voertuig met een verbrandingsmotor. Vaak heeft men er alle belang bij om voor leasing te kiezen. We bieden een volledig en op maat gemaakt aanbod aan alle bedrijven, ongeacht hun omvang en behoeften.”
Wat bedoelen jullie precies met een 'compleet aanbod'?
“Naast leasing bieden we dankzij onze vele partners ook oplaadoplossingen aan thuis of op het werk, een oplaadkaart voor openbare netwerken, de automatische terugbetaling van het stroomverbruik thuis, een app om oplaadpunten te vinden en opleidingen in elektrisch rijden.”
Een volledig ecosysteem dus?
“We willen meebouwen aan de mobiliteit van morgen. Door ze te financieren, via krediet of leasing, te verzekeren, maar ook door samen te werken met partners buiten onze traditionele activiteiten. Zoals het al eerder vermelde Optimile, en Touring, een organisatie die garant staat voor betrouwbaarheid.”
Maar mobiliteit gaat toch niet alleen over de auto?
“Wij willen eerder de relatie met de auto heroverwegen. Gezien de klimaatdoelstellingen en de toenemende schaarste aan grondstoffen, is het onmogelijk om elke verbrandingsauto te vervangen door een elektrische. Arval biedt een uitgebreide expertise aan bedrijven die mobiliteit anders willen bekijken. We helpen hen om hun behoeften te analyseren, alternatieven voor de auto te vinden, een mobiliteitsbudget ter beschikking te stellen of een mobiliteitsbeleid op te stellen. We bieden fietsleasing aan, al dan niet in combinatie met autoleasing. We geloven sterk in multimodaliteit en mobility as a service-oplossingen: de mogelijkheid om verschillende vervoersmodi te combineren en er gemakkelijk voor te betalen. Dat is ook een van de specialiteiten van onze partner Optimile.”
Staan bedrijven en hun werknemers open voor deze boodschap?
“Het idee dat werknemers niet langer zeggen 'ik heb zoveel voor mijn auto in mijn salarispakket', maar eerder 'ik heb zoveel voor mijn mobiliteit', wint terrein. Betalen voor gebruik in plaats van bezit zien we al in fitness of streaming. Mobiliteit gaat dezelfde weg op, met deelauto's en forfaitaire abonnementen die het kostenplaatje voorspelbaarder maken voor bedrijven en particulieren. Maar de snelheid van deze verandering hangt ook af van het succes van het federale mobiliteitsbudget, dat moeilijk van de grond komt.”
BNP Paribas Fortis nv – Warandeberg 3 – B-1000 Brussel – BTW BE 0403.199.702 – RPR Brussel
Optimile nv – Sassevaartstraat 46 bus 204, 9000 Gent – RPR Gent – BTW BE 0648.837.849 – www.optimile.eu - BNP Paribas Fortis nv bezit een deelneming van meer dan 10% in Optimile nv.
Arval Belgium nv, Ikaroslaan 99, 1930 Zaventem – RPR Brussel – BTW BE 0436.781.102
Touring nv, Koning Albert II-laan 4 B12, 1000 Brussel – RPR Brussel – KBO BE 0403.471.401, is ingeschreven onder dit nummer bij de FSMA, Congresstraat 12-14, 1000 Brussel, en handelt als verbonden agent, vergoed door commissies, voor AG Insurance nv. AG Insurance nv bezit een deelneming van meer dan 10% in Touring nv.
01.12.2023
Welke steun voor uw bedrijf?
De drie gewesten van ons land voorzien in een reeks subsidies voor bedrijven en zelfstandigen die investeren. Onze experten scheppen klaarheid en helpen u bij de indiening en opvolging van uw dossier.
De modaliteiten, bedragen en voorwaarden van investeringssteun verschillen sterk van gewest tot gewest. Welke regelgeving van toepassing is, hangt af van de ligging van de exploitatiezetel waar de investeringen worden gedaan. De maatschappelijke zetel heeft daar geen invloed op en kan in eender welk land gelegen zijn. Bovendien blijft een subsidieaanvraag een vrij zwaar administratief proces. Daarom zorgen onze experts voor alle stappen, van het indienen van de premieaanvraag tot het bekomen ervan.
Uitgebreid steunpakket in Vlaanderen
Vlaanderen kent verschillende soorten subsidies toe. De belangrijkste voorbeelden daarvan zijn de strategische transformatiesteun, de ecologiepremie, de strategische ecologiesteun, de kmo-portefeuille en de groeisubsidie.
Elke vorm van steun is gericht op verschillende soorten investeringen of bedrijven. Ook het subsidieniveau varieert sterk en gaat van 8% voor een strategische investering in een groot bedrijf tot wel 50% voor consultancykosten van een kmo.
Onze experten bekijken de verschillende subsidiemogelijkheden samen met u. Vervolgens brengen ze u in contact met een specialist van VLAIO, het Agentschap Innoveren & Ondernemen in Vlaanderen, die de fakkel van ons overneemt en u verder begeleidt bij uw aanvraag.
Klassieke en ecologische steunmaatregelen in Wallonië
In Wallonië zijn de investeringssubsidies voorbehouden voor bedrijven die actief zijn in een beperkt aantal sectoren. Activiteiten die niet in aanmerking komen, zijn bijvoorbeeld de detailhandel, de transportsector of de vrije beroepen.
De modaliteiten verschillen bovendien naargelang de grootte van het bedrijf. Kleine bedrijven moeten een bedrag van minstens 25.000 euro investeren. Voor grote bedrijven gelden hogere drempels en zij moeten investeren in een ontwikkelingsgebied.
Concrete voorbeelden van investeringen voor professioneel gebruik die in aanmerking komen, zijn onder meer de aankoop of de bouw van vastgoed, de aankoop van een terrein of de aankoop van nieuw bedrijfsmateriaal.
De basispremie varieert van 4% tot 6%. Verhogingen zijn mogelijk wanneer banen worden gecreëerd, bij een innovatieve aanpak, bij diversifiëring in het buitenland enz. Voor projecten die het gebruik van duurzame energie en de bescherming van het leefmilieu bevorderen, kunt u een hogere premie krijgen tot 20%.
Merk op dat u de aanvraag moet indienen voor u een definitieve verbintenis aangaat. Investeringen waarvoor u al een offerte hebt ondertekend, kunnen dus niet meer worden gesubsidieerd.
Onze experten begeleiden uw bedrijf met plezier bij alle stappen.
De overvloedigste subsidies in Brussel
De Brusselse premie voor (im)materiële investeringen of werken kan worden toegekend in de meeste sectoren. In totaal komt ongeveer 80% van de economische activiteiten in de hoofdstad in aanmerking voor subsidies. De twee grootste uitzonderingen zijn het onderwijs en de vastgoedsector.
Om een subsidie te kunnen ontvangen, moet het investeringsproject ten minste 10.000 euro bedragen voor een beginnende ondernemer en minstens 15.000 euro in de andere gevallen, naargelang de grootte van het bedrijf. De investering moet bovendien bestemd zijn om een bestaande activiteit verder te ontwikkelen of te verbeteren. Een activiteit eenvoudigweg vervangen door een andere is niet toegestaan.
De subsidie kan oplopen tot 30% van het investeringsbedrag, met een gemiddelde van 12,5%. Het subsidieniveau hangt af van een reeks criteria, zoals starter zijn of het aantal werknemers met meer dan 30% verhogen.
In de loop van 2024 zal de hervorming van de steunmaatregelen de premies voor duurzame projecten en projecten in het kader van de circulaire economie nog verder versterken.
Ook in Brussel moet u de aanvraag indienen voor u een definitieve verbintenis aangaat. Investeringen waarvoor u al een offerte hebt ondertekend, kunnen dus niet meer worden gesubsidieerd.
En ook hier kunt u rekenen op de begeleiding door onze experten tijdens elke stap van het proces.
22.06.2023
Maritiem transport: focus op de impact van decarbonisatie en energietransitie
Eind mei brachten BNP Paribas Fortis en de Universiteit Antwerpen een groep experts samen om de vele uitdagingen rond de decarbonisatie van de maritieme transportsector te bespreken. Wat moet je onthouden?
De leerstoel BNP Paribas Fortis Transport, Logistiek en Havens werd twaalf jaar geleden opgericht en is verbonden aan de Universiteit Antwerpen. Hij voert uitgebreid onderzoek naar concrete en innoverende manieren om een steeds veerkrachtiger – en duurzamer – maritiem ecosysteem te creëren.
Na het succes van de eerste twee grote evenementen in 2017 en 2019 besliste de leerstoel om dit jaar opnieuw een samenkomst te organiseren. Zo kwamen op 25 mei 2023 een reeks specialisten en actoren uit de haven- en maritieme sector samen in de gebouwen van BNP Paribas Fortis in Antwerpen. Daar bespraken ze de impact van decarbonisatie op het maritieme ecosysteem.
Dit zijn hun voornaamste conclusies ...
1 – We moeten een versnelling hoger schakelen
Maritiem transport is momenteel de meest koolstofzuinige vorm van commercieel vervoer, op basis van de CO₂-uitstoot per ton en per kilometer. Maar het kan beter.
Tot dusver gaven de spelers in de sector de voorkeur aan snelle winsten. Bijvoorbeeld door de schroeven van schepen te wijzigen en hun snelheid aan te passen. Maar op 25 mei kwamen de experts overeen dat het nu tijd is om te experimenteren met nieuwe brandstoffen en technologieën en te evolueren naar (bijna) emissievrije brandstoffen. Het tempo van de verandering versnelt, maar er is nog geen mirakeloplossing. De kosten (en risico's) zijn enorm.
2 – Eén en slechts één internationale regelgeving graag!
Het reglementaire kader is complex en evolueert voortdurend.
Tegen 2030 verbindt de International Maritime Organization (IMO), die afhankelijk is van de VN, zich ertoe de koolstofproductie van alle schepen met 40% te verminderen ten opzichte van 2008. En met 70% tegen 2050.
De Europese Unie verbindt zich ertoe om de uitstoot van broeikasgassen in het maritiem vervoer tegen 2030 met minstens 55% te verminderen, in vergelijking met 1990. Tegen 2024 zal een emissiehandelssysteem (ETS) van toepassing zijn op alle schepen van meer dan 5.000 bruto ton van en naar de havens van de EU.
Kortom: de dingen bewegen in de goede richting. Maar volgens de spelers in de sector zijn er heel wat regionale en supraregionale programma's die parallel blijven lopen. En dat brengt een administratieve en financiële overlast met zich mee.
Op 25 mei bereikten alle stakeholders een akkoord over twee punten: ten eerste is een uniek internationaal beleid noodzakelijk, aangezien het om een wereldwijde sector gaat. En ten tweede moeten spelers die de regels niet naleven, worden bestraft.
3 – De transitie naar koolstofneutraliteit
De investering die nodig is voor de bouw van nieuwe, groenere schepen wordt geschat op 5.000 miljard dollar tegen 2050. De kosten voor de modernisering van de bestaande vloot zijn nog niet bekend, maar zullen niet min zijn ... Bovendien zal de investering om de haveninfrastructuur te vernieuwen gigantisch zijn.
4 – Grote onzekerheid over de beste brandstof en/of technologie
Wat wordt de brandstof of technologie van de toekomst? De meningen lopen uiteen.
Veel brandstofsoorten met een lage uitstoot zullen waarschijnlijk enige tijd naast elkaar blijven bestaan. Elektriciteit zal alleen worden gebruikt op kustschepen, veerboten en bepaalde trailers. Grote schepen zullen vloeibaar aardgas (LNG) of vloeibaar petroleumgas (LPG) gebruiken, of methanol, ammoniak en misschien zelfs biobrandstoffen.
Het transport over lange afstanden zal in eerste instantie afhangen van de zware brandstof, eventueel met koolstofafvang en -opslag. Waterstof heeft potentieel, maar de dichtheid, opslag en manipulatie ervan roepen vragen op. Ook wind, zonne-energie en kernenergie blijven niet achter.
Maar het echte probleem vandaag is dat als het aantal schepen dat met schonere brandstoffen kan werken, effectief toeneemt, die brandstoffen nog niet voldoende internationaal beschikbaar zijn. Het aanbod ligt met andere woorden beduidend lager dan de vraag.
5 – Banken spelen een sleutelrol
Banken spelen een sleutelrol in de financiering van de energietransitie. In 2019 hebben elf financiële instellingen – voornamelijk Europese instellingen, waaronder de groep BNP Paribas – de Poseidon-principes ingevoerd, die de overgang naar koolstofarme shipping ondersteunen. Dankzij dat wereldwijde kader kan de koolstofintensiteit van bankleningen voor de maritieme sector worden gemeten en is die voor iedereen bekend. Vandaag zijn er 24 ondertekenaars, waaronder Japanse financiële instellingen. En dat is goed nieuws.
Graag meer info?
De presentaties, video's en foto's van het evenement van 25 mei 2023 zijn beschikbaar op deze pagina.
27.01.2022
Wie hertekent de toekomst en volgt Stow op als ‘Onderneming van het Jaar 2021’?
Op 16 februari weten we wie deze prestigieuze prijs in de wacht sleept én ook welk bedrijf zich ‘Scale-up van het Jaar 2021’ mag noemen.
Al voor de 27ste keer organiseert EY in samenwerking met De Tijd en BNP Paribas Fortis het evenement ‘Onderneming van het Jaar’. Deze prijsuitreiking zet ondernemingen in de kijker en is een erkenning voor hun mooie parcours en prachtige resultaten en prestaties. Ook de winnaar van de Prijs van de Vlaamse Regering voor ‘Scale-up van het Jaar’ ontvangt op 16 februari zijn award. Vorig jaar werd Stow uitgeroepen tot ‘Onderneming van het Jaar’ en kreeg Robovision de prijs van de Vlaamse Regering voor ‘Scale-up van het Jaar’.
Aangepaste organisatie
In lijn met de geldende coronamaatregelen hebben we samen met EY en De Tijd besloten om de awards uit te reiken in beperkt gezelschap door maximaal in te zetten op de finalisten, juryleden, vroegere winnaars en enkele prominenten.
Didier Beauvois, Head of Corporate Banking, is trots dat BNP Paribas Fortis al van in het begin een vaste partner is van dit evenement. “Naast de huidige pandemie zijn nieuwe technologieën en duurzaamheid op dit moment grote uitdagingen voor bedrijven. Ondernemingen die relevant willen blijven, moeten flexibel en creatief zijn en zichzelf voortdurend heruitvinden. Onze missie is om hen zo goed mogelijk te begeleiden in dat transformatieproces. Het zijn tenslotte de ondernemers die zuurstof geven aan onze Belgische economie. Wij zetten hen daarom graag elk jaar extra in de schijnwerpers."
Crème de la crème
De bedrijven die kans maken op de titel ‘Onderneming van het Jaar’ worden elk jaar geselecteerd op basis van welbepaalde criteria. Naast groei en financiële resultaten zijn dat ondernemerschap, internationalisering, innovatie en deugdelijk bestuur. Alle Belgische bedrijven op de shortlist scoren hoog op al deze punten.
Wie wordt ‘Onderneming van het Jaar 2021’?
- Aertssen Group is een familiebedrijf dat internationaal actief is in diverse domeinen: infrastructuurprojecten, hijswerken, transport en logistiek, groene energie en projectontwikkeling. De onderneming legt de focus op innovatieve totaaloplossingen.
- Cegeka is een Europese aanbieder van IT-oplossingen. Het familiebedrijf, met meer dan 5000 medewerkers in 10 landen, ondersteunt klanten bij hun digitaliseringsreis. Cegeka biedt veilige end-to-end IT solutions rond data, softwareapplicaties en cloud.
- Destiny, opgericht in 2008 door de broers Samuel en Daan De Wever, ambieert de toonaangevende Europese dienstverlener te zijn van veilige cloudcommunicatieoplossingen om bedrijfscommunicatie vanop elke locatie efficiënt te laten verlopen.
- Heylen Group is een industriële holding die internationaal investeert in ambitieuze ondernemingen en ondernemers. De groep heeft een uitzonderlijke buy-build-and-hold-strategie met een focus op innovatie, internationalisering en operationele excellentie.
Wie wordt ‘Scale-up van het Jaar 2021’?
Met deze prijs wil de Vlaamse Regering een onderneming onderscheiden die zich duidelijk manifesteert als groeier. De genomineerden zijn stuk voor stuk snelgroeiende ondernemingen in volle ontwikkelingsfase. Aan de hand van deze bekroning en de bijhorende aandacht, wordt nog eens aangetoond dat er in Vlaanderen behoorlijk wat scale-up-parels bestaan en wordt hen nog een extra duw in de rug gegeven.
Een van deze genomineerde bedrijven volgt binnenkort Robovision op als ‘Scale-up van het Jaar’:
- B4Plastics is een Vlaamse biotechstart-up uit Lanklaar die opgericht werd in 2014 door Stefaan De Wildeman. Hij verliet zijn functie bij een groot chemisch bedrijf en zijn mandaat aan de UMaastricht om vandaag in sneltempo de plastics van morgen te ontwerpen. Dat doet hij samen met zijn 15-koppig sterk groeiend team. Door de creativiteit van het R&D-team en de expertise van het productieteam bereidt het bedrijf vanuit zijn diverse tech-platformen een grote bio-ommezwaai in de kunstofindustrie voor.
- Biotalys, dat in 2013 werd opgericht, is een Gents bedrijf actief in agrarische technologie dat met biologische bestrijdingsmiddelen op basis van proteïnen de uitdagingen inzake voedselbescherming wil aanpakken voor een duurzamere en veiligere voedselvoorziening. Op basis van zijn vernieuwende AGROBODY™-technologieplatform ontwikkelt Biotalys een sterke en diverse pijplijn van effectieve en milieuvriendelijke producten voor de hele waardeketen, van boer tot bord.
- Deliverect is een Gentse scale-up die werd opgericht in 2018. Het bedrijf is wereldwijd in opmars en bouwt de ruggengraat van on-demand-maaltijden via de centralisatie van online bestellingen voor restaurateurs of FMCG-bedrijven. Alle online bestellingen worden centraal beheerd en online menu's aanpassen gebeurt op één plaats. Rapportage van alle online verkoopkanalen geven een volledig beeld van de verkopen. Dit resulteert in een hogere operationele efficiëntie en klanttevredenheid.
- UgenTec uit Hasselt bouwt sinds zijn oprichting in 2014 intelligente automatisatiesoftware die door heel wat moleculair diagnostische labs, testleveranciers en instrumentenbouwers gebruikt wordt om hun diagnostiek te standaardiseren. De FastFinder-software combineert data-analyse, kwaliteitscontrole en integratie binnen het moleculaire laboratorium. In de komende jaren plant UgenTec verdere groei naar andere markten waar accuraat en snel testen essentieel zijn.
Ook in Wallonië
Aan Franstalige kant dingen Analis, Gourmanisto, Iris, Les Entreprises G. Moury en Odoo mee naar de felbegeerde award ‘L’Entreprise de l’Année 2021’ op 15 februari. De genomineerden voor ‘Scale-up de l’Année 2021’ zijn Cowboy, eFarmz, Elysia, Netaxis en Urbantz.
Niet te missen
- Ondernemerschap stimuleren bij werknemers!
- Bedrijven hebben er belang bij om te kiezen voor elektrische en multimodale mobiliteit
- Welke steun voor uw bedrijf?
- Maritiem transport: focus op de impact van decarbonisatie en energietransitie
- Wie hertekent de toekomst en volgt Stow op als ‘Onderneming van het Jaar 2021’?