Article

08.11.2017

Leasing: Op de balans? Of niet? En wat met de btw?

Het is niet altijd eenvoudig de weg te vinden in het doolhof van de leasingregelgeving. Een toelichting door onze specialisten.

Kan een onderneming beslissen om de leasing niet in haar balans op te nemen?

Philippe Tilkin, Marketing & Solutions Manager bij BNP Paribas Leasing Solutions:

“Dat hangt af van de gekozen formule. Bij een leasing voor kapitaalgoederen (auto, IT, enz.) zijn er twee mogelijkheden. Ofwel is de aankoopoptie lager dan of gelijk aan 15% van het bedrag van de investering, en dan moet de huurder de lease op zijn balans afschrijven (on-balance leasing). Ofwel is de aankoopoptie hoger dan 15% van het bedrag van de investering, en dan kan hij de lease als algemene kosten in zijn resultatenrekening opnemen. Zo verlaagt hij zijn belastbare winst en dus het belastingbedrag dat hij aan de fiscus verschuldigd is. De verrichting staat dan op de balans van de verhuurder en niet op die van de huurder (off-balance leasing of buiten balans).

Ook voor de leasing van een gebouw zijn er twee mogelijkheden. Ofwel wordt het kapitaal volledig terugbetaald tijdens de looptijd van de leasing (full pay out) en wordt de verrichting dus op de balans geboekt (activering en afschrijving door de leasenemer, schuld op het passief). Ofwel is er geen full pay out (doorgaans bij contracten met een residuele waarde van 10% op het gebouw, verhoogd met de waarde van het terrein als dat in de leasing is opgenomen) en dan wordt de verrichting niet geboekt op de balans (de huurgelden worden beschouwd als kosten).

Ik zeg wel ‘in de zin van de huidige wetgeving’, want de internationale boekhoudregels lijken aan belang te winnen. Het zou dus kunnen dat in de toekomst elke leaseverbintenis op de balans van de huurder moet verschijnen. Maar er is nog niets beslist. En ik deel de mening van de heer Tanguy van de Werve, algemeen directeur van Leaseurope (beroepsvereniging die de Europese leasesector vertegenwoordigt). Volgens hem zou het zeer riskant zijn om te raken aan het huidige boekhoudmodel van leasing, zeker in een context waarin de Europese politieke gezagsdragers de toegang tot productieactiva willen bevorderen om de groei te boosten.”

En wat doet ze met de btw?

P. Tilkin: “Via leasing kunnen btw-plichtige ondernemingen de btw voorfinancieren en vervolgens spreiden over de hele looptijd van het contract. Bovendien kunnen zij de btw op de huurgelden en op de interesten in die huurgelden terugvorderen. En als de onderhouds- en herstellingskosten ten laste zijn van de huurder, dan is daar ook terugvorderbare btw op verschuldigd.”

Marc Melis, Commercieel Directeur bij Arval: “Wat voertuigen betreft, is één van de voordelen van operationele leasing dat de klant slechts een deel van de btw betaalt, berekend op het verschil tussen de initiële investering en de residuele waarde van het voertuig aan het eind van het contract. De btw-plichtige bedrijven kunnen een deel van de btw recupereren die is betaald op hun maandelijkse huurgelden. Die recuperatie verloopt via de btw-administratie, die sinds januari 2013 diverse methodes heeft ingevoerd om de recuperatie te bepalen in functie van de verhouding tussen het beroeps- en privégebruik (met een maximum van 50%).”

P. Tilkin: “Voor onroerende leasing moeten we een onderscheid maken tussen recente of op te richten gebouwen waarop btw van toepassing is – en dus terugvorderbaar, in zoverre de leasenemer een belastingplichtige met recht op aftrek is – en oude gebouwen die niet onder het btw-stelsel vallen. Er moet dan geen btw worden betaald op de huurgelden.”

Article

08.11.2017

Leasing: de checklist

U hebt de stap naar leasing nog niet gezet? Doe de test. Het duurt maar enkele minuten en kan u later heel wat tijd en geld besparen!

Stel uzelf de juiste vragen

  • Hebt u momenteel meerdere ‘klassieke’ financieringen lopen?
  • Hebt u plannen op korte termijn waarvoor u uw liquide middelen moet aanspreken?
  • Wilt u uw materieel (wagens, computers, enz.) regelmatig vernieuwen en houdt u zich liever niet bezig met de verkoop ervan?
  • Wilt u de btw van uw aankoop gespreid betalen?
  • Wilt u bijkomende fiscale voordelen genieten?

Kies de leasing die bij u past

  • Bent u op zoek naar een oplossing die niet op uw balans weegt?
  • Plant u het materieel te kopen nadat het leasingcontract is afgelopen?
  • Wilt u verlost worden van alle administratieve formaliteiten (bestelling, follow-up, onderhoud, enz.)?
  • Zoekt u een ‘all-in formule’ (verzekering, bijstand, enz.)?
  • Wilt u maandelijks/driemaandelijks hetzelfde bedrag betalen, of verkiest u een verhoogde eerste betaling?
  • Voor hoeveel voertuigen (voor professioneel of persoonlijk gebruik) of computers wilt u een leasing aangaan?

Het antwoord op deze vragen geeft uw relatiebeheerder een beter inzicht in uw behoeften, zodat hij of zij samen met u een geschikte leasingformule kan vinden. Aarzel niet om contact op te nemen!

Article

08.11.2017

Financiële, operationele of roerende lease?

Wat betekenen deze termen, die vaak door elkaar worden gebruikt, in de praktijk?

Leasing is een contract waarin de verhuurder in ruil voor huurgeld afstand doet van het recht om een goed te gebruiken gedurende een overeengekomen periode. De verhuurder blijft de hele looptijd van het contract de wettelijke eigenaar van de activa. De eigendom van de activa kan aan het einde van het contract al dan niet aan de huurder worden overgedragen. Contracten die vanaf het begin voorzien in de onmiddellijke overdracht van de wettelijke eigendom van de activa aan de klant worden niet als leasingcontracten beschouwd.

Wettelijk kader

Leasing kwam in België op de markt in november 1961. Maar het duurde nog zes jaar voordat leasing een wettelijk statuut kreeg via het Koninklijk Besluit nr. 55 van 10 november 1967.

Dit Koninklijk Besluit is vandaag nog altijd van toepassing. Het geeft leasing de wettelijke benaming "financieringshuur", bepaalt de criteria waaraan de verrichtingen moeten voldoen en voorziet in het principe van een erkenning door de Federale Overheidsdienst Economie voor de beoefening van die activiteit.

Het KB maakt een onderscheid tussen roerende en onroerende leasing.

1. Roerende leasing

  • moet betrekking hebben op kapitaalgoederen die uitsluitend voor beroepsdoeleinden worden gebruikt
  • de huurder kiest zelf het materieel
  • de looptijd van het leasingcontract stemt overeen met de vermoedelijke economische levensduur
  • de huurprijs moet zo worden vastgesteld dat het bedrag van de investering over de huurtijd wordt afgeschreven
  • de huurder kan eigenaar van het goed worden door de aankoopoptie uit te oefenen

2. Onroerende leasing

  • dient betrekking te hebben op bebouwde onroerende goederen (alleen voor een terrein is dus geen onroerende leasing mogelijk)
  • het leasingcontract moet een vaste looptijd hebben en kan niet worden opgezegd
  • het genot van de gebouwen en van de grond waarop ze zijn opgericht moet door de verhuurder aan de huurder worden toegestaan
  • de huurder kan eigenaar van het goed worden door de aankoopoptie uit te oefenen

Commercieel kader

Er zijn twee leasingformules op de markt:

  1. Financiële lease: dit is de oudste en eenvoudigste formule, omdat er weinig diensten aan verbonden zijn. De formule biedt als voordeel dat de betaling over een bepaalde looptijd kan worden gespreid. Hoewel de verhuurder tijdens de hele looptijd van het contract de wettelijke eigenaar van de activa blijft, profiteert de huurder in de praktijk van de activa alsof hij er de eigenaar van is: hij draagt de risico's en geniet de voordelen die uit de eigendom van de activa voortvloeien.
     
  2. Operationele lease: daaraan zijn vaak allerlei extra diensten verbonden. Naast de administratieve en financiële functies zorgt de verhuurder ook voor de support en het technische beheer van de activa.

Hier draagt de huurder niet de risico's en geniet hij niet de voordelen van de eigendom.

Boekhoudkundig kader

Toen leasing op de Belgische markt verscheen, werden de verrichtingen niet in de jaarrekening van de huurder opgenomen. Hij behandelde die leasingverrichtingen als huurcontracten en boekte de periodieke huurgelden als algemene kosten.
Op die manier nam de onderneming de uit de leasing ontstane verplichtingen niet in haar jaarrekening op en waren haar verbintenissen onderschat.

Op verzoek van onder meer de toenmalige Commissie voor het Bank- en Financiewezen (tegenwoordig de FSMA) werd het Koninklijk Besluit van 8 oktober 1976 uitgevaardigd. Dat wijzigde de boekhoudkundige principes van de leasingverrichtingen. Het bepaalt immers dat de boekhoudkundige verwerking van leaseverrichtingen moet uitgaan van de economische eigendom van het goed (en niet uitsluitend van de wettelijke eigendomsrechten).

Hierdoor is de huurder verplicht om de leaseverrichtingen in zijn balans op te nemen. Dat is echter niet het geval voor leasing van roerende goederen met ankoopopties van meer dan 15% en van bepaalde onroerende goederen.

Article

20.12.2024

Arval: uw mobiliteit in 2025

Corporate Sales Director Laurent Mélignon van Arval, marktleider in full-service-autoleasing en nieuwe mobiliteitsoplossingen, kijkt in de toekomst. Wat brengt 2025 voor de sector en uw mobiliteit?

Arval is een onderdeel van de Commercial, Personal Banking & Services-afdeling binnen de BNP Paribas-groep. Het speelt als marktleider een sleutelrol in het aanbieden van full-service-autoleasing en nieuwe mobiliteitsoplossingen. Vanuit die positie zit Laurent Mélignon, Corporate Sales Director van Arval, op de geknipte stoel om te kijken wat 2025 zal brengen.

Arval leidt een sector waarin heel wat in beweging is: de manier waarop ondernemingen en privépersonen over mobiliteit denken en ermee omgaan, is allang niet meer klassiek te noemen. Mélignon ziet daar verschillende oorzaken voor: “In ons land is, ten eerste, de fiscaliteit de motor van veel veranderingsprocessen. Die fiscaliteit is gelinkt aan loonkost: veel ondernemingen zien bedrijfswagens als een fiscaalvriendelijk alternatief om de verloning te maximaliseren die ze aan hun personeel gunnen. Het personeel, op zijn beurt, ervaart het als een manier om met échte, tastbare zaken vergoed te worden, zonder dat de fiscus hen daarvoor extra viseert. In die geest evolueert het fiscale kader ook in het komende jaar volop mee met de evolutie van onze maatschappij. Het federale mobiliteitsbudget en de fietsvergoeding, bijvoorbeeld, of een heel aantal opties als het cafetariaplan of het flex-incomeplan: het zijn maar enkele mogelijkheden waarmee ondernemingen hun loonpakket kunnen inzetten om medewerkers te motiveren.”

Maar de Corporate Sales Director van Arval ziet nog meer motoren van verandering rond mobiliteit. Mélignon: “Ook onze hele mobiliteitscultuur is aan het veranderen – een trend die zich in 2025 zéker zal doorzetten. De jonge generatie is veel minder gehecht aan de status waarvoor de firmawagen jarenlang heeft gestaan. Ze springen met evenveel plezier op de fiets, de bus of in de deelauto – afhankelijk, natuurlijk, van waar de onderneming is gevestigd. Tot slot zijn er ook nog macro-economische elementen die de verandering aandrijven. Dan heb ik het over het toenemende verkeersinfarct waarmee veel steden kampen, maar ook over het groeiende bewustzijn van heel veel mensen en economische spelers binnen de energietransitie. Stilaan worden we ons allemaal bewust van de nood aan groene verandering en andere mobiliteitskeuzes. Daar is allang geen twijfel meer over.”

Flexibele complexiteit

De mobiliteitsmix zal in de toekomst alleen nog maar sterker worden. Mélignon: “Daar zit een groot deel van onze missie: het zijn en blijven van een one-stop-shop, die aan ondernemingen de mogelijkheid biedt om in termen van flexibele verloning te denken. Een nieuwe werknemer, bijvoorbeeld een vrijgezel zonder gezin, heeft andere mobiliteitsnoden dan zijn of haar collega, een vrouw of man met twee kinderen en een eigen huis op het platteland of in de stad. Nu die nood almaar sterker en meer ingeburgerd wordt, vormt Arval de ideale partner om ondernemingen te voorzien van kennis en ontzorging ter zake. Wij maken het mogelijk voor werkgevers om flexibiliteit aan te bieden, door de bijgaande complexiteit voor onze rekening te nemen.”

Positieve mindset

Mélignon ziet in 2025 de omslag naar elektrische mobiliteit op volle kracht verdergaan: “Als ik kijk naar de ondernemingen, zie ik dat 80% van alle nieuwe bestellingen elektrisch is. In vergelijking met de particuliere markt, is dat enorm: daar raken we niet eens aan 20%. De elektrificatie van de Belgische vloot wordt dus voornamelijk door de ondernemingen voortgestuwd. Ik zie dat er op dit moment al aankondigingen en initiatieven zijn om het federale mobiliteitsbudget nog licht aan te passen en te verfijnen. Het zou dus kunnen dat we de komende maanden meer en meer mensen zien die hun bedrijfswagen laten staan en in dat bijgestuurde budget stappen. Ook daar wil Arval klaarstaan met een positieve mindset en heel wat knowhow, in onze rol van ‘full mobility provider’.”

Kantelpunt

Het langverwachte kantelpunt naar elektrische mobiliteit, waar de markt al zo lang op zit te wachten, zal volgens Mélignon ook gevolgen hebben voor ondernemingen. Mélignon: “We mogen in 2025 inderdaad een pak meer betaalbare modellen verwachten. Elektrisch rijden zal niet langer enkel voor de ‘happy few’ zijn. Dat is goed voor de particuliere markt, maar ook ondernemingen krijgen daardoor meer mogelijkheden. Bovendien verwacht ik dat wagens met verbrandingsmotor in prijs zullen stijgen. We krijgen die feedback vaak uit de hoek van de constructeurs. Die moeten, als gevolg van de CAFE-normen (Corporate Average Fuel Economy) die hun CO2-uitstoot reguleren, binnenkort enorme boetes betalen als ze die normen niet halen. Het is dus in hun voordeel om de markt richting elektrisch te sturen. Zij zullen hun productiecapaciteit daaraan ook aanpassen: productie na bestelling, in plaats van grote voorraden aan te leggen, wordt vanaf volgend jaar de norm in de sector.”

Toekomstscenario

Tot slot: als leasingmaatschappij ziet Arval de markt in de nabije toekomst ook opengaan richting kleinere en middelgrote ondernemingen, en richting particuliere klanten. Mélignon: “De verandering van de markt zal er volgens ons voor zorgen dat veel ondernemingen, die nu nog kiezen voor de aankoop of financiële leasing van firmawagens, zullen opteren voor operationele leasing. Daarbij zullen ze het risico rond bijvoorbeeld restwaarde aan ons uitbesteden. We vervullen daar onze rol van marktleider ten volle: wij zien dat als een scenario voor de nabije toekomst, waarop we ons nu al volop aan het voorbereiden zijn.”

Article

11.09.2024

Ontdek onze leasingopties en laat u verleiden door onze topdeal

U wilt graag een bedrijfswagen huren, maar weet niet goed welke mogelijkheden er zijn? Hieronder zetten we alle leasingopties voor u op een rij. Zo ontdekt u welk type leasing het best bij u past. Bovendien kunt u tot 30 november 2024 een topdeal sluiten met onze partner Arval voor de nieuwe elektrische BMW iX1 eDrive20 of BMW i4 Gran Coupé tegen een zeer voordelige all-inprijs.

Financiële of operationele leasing?

Zowel voor financiële als operationele leasing geldt dezelfde logica: u betaalt huur aan een leasingmaatschappij voor een bepaalde periode, meestal vier of vijf jaar. Bij beide formules is de leasingmaatschappij de wettelijke eigenaar van de wagen. Maar u hebt wel een aankoopoptie aan het eind van het contract. Bij een financiële leasing is het bedrag van de aankoopoptie bekend van bij het begin van het contract. Bij een operationele leasing wordt het bedrag aan het eind van het contract bepaald op basis van de marktwaarde van de wagen.

De formule ‘inclusief diensten’

Dat is een van de grote voordelen van een operationele tegenover een financiële leasing: taksen, (omnium)verzekering, onderhoud en kosten (behalve brandstof) zijn inbegrepen in de huurprijs. Bovendien krijgt u extra diensten zoals zomer- en winterbanden, pechverhelping en een vervangwagen. U betaalt een bepaald bedrag per maand en hoeft verder niets meer te regelen. Kortom, u rijdt zonder zorgen: alles is betaald, behalve de brandstof.

Fiscale gevolgen?

De aankoopoptie heeft fiscale gevolgen: bij een financiële leasing schrijft u het investeringsgoed af en brengt u de interesten fiscaal in. De wagen staat op uw balans geboekt als actief. Bij een operationele leasing brengt u de volledige huurprijs in als kosten. In beide gevallen zijn er fiscale aftrekbeperkingen en moet u mogelijk rekening houden met het beroepsmatige gebruik van de wagen. Ook niet onbelangrijk: de btw wordt maandelijks betaald op de huurprijs en dus niet in één keer. Zo houdt u uw kredietlijnen vrij voor andere investeringen.

Laat u verleiden door onze topdeal

Tot 30 november 2024 hebben we een uitzonderlijk aanbod: u kunt de nieuwe elektrische BMW iX1 eDrive20 of BMW i4 Gran Coupé operationeel leasen tegen een voordelige en exclusieve prijs, inclusief alle diensten.

Benieuwd? U vindt alle details op deze pagina

Arval Belgium nv, Ikaroslaan 99, 1930 Zaventem – RPR Brussel – BTW BE 0436.781.102, nevenverzekeringstussenpersoon geregistreerd bij de FSMA onder het nummer 047238 A. Onder voorbehoud van aanvaarding van uw aanvraag.

Discover More

Contact
Close

Contact

Zou u onderstaande vragen kunnen beantwoorden? Zo kunnen wij uw aanvraag sneller en op een meer geschikte manier behandelen. Alvast bedankt.

U bent zelfstandige, oefent een vrij beroep uit, start of leidt een kleinere, lokale onderneming? Ga dan naar onze website voor professionelen.

U bent particulier? Ga dan naar onze website voor particulieren.

Is uw onderneming/organisatie klant bij BNP Paribas Fortis?

Mijn organisatie wordt bediend door een Relationship Manager:

Uw boodschap

Typ de code die in de afbeelding wordt getoond:

captcha
Check
De Bank verwerkt uw persoonsgegevens overeenkomstig de Privacyverklaring van BNP Paribas Fortis NV.

Bedankt

Uw bericht is verzonden.

We antwoorden u zo snel mogelijk.

Terug naar de huidige pagina›
Top