Een investeringsfonds voor risicokapitaal is positief voor het innovatiebeleid van een bedrijf, maar ook belangrijk voor de ontwikkeling van jonge, innovatieve start-ups en scale-ups
Corporate venture capital (of kortweg CVC) is voor grote groepen in enkele jaren tijd een onmisbaar instrument geworden. Concreet gaat het om investeringsfondsen in risicokapitaal binnen bedrijven van een zekere omvang, met als activiteit de financiering van innovatieve start-ups of kmo's. Deze aanpak is niet nieuw – en was onder meer populair tijdens de internethype aan het einde van de jaren negentig – maar breidt steeds verder uit. Meer dan een duizendtal grote bedrijven wereldwijd zouden deze hefboom gebruiken om te investeren in jonge startende bedrijven. In de eerste plaats in de Verenigde Staten: de CVC's zijn daar goed voor bijna 20% van de totale geïnvesteerde bedragen. Europa volgt de trend ook, en dan in het bijzonder in Frankrijk. In 2016 werd daar immers een fiscale maatregel ingevoerd om deze vorm van investeren nog meer te ondersteunen.
Meer dan de financiële meerwaarde
Net als bij elke investering is de financiële logica doorslaggevend. Maar in tegenstelling tot de traditionele venture capital-fondsen streven de groepen die beslissen om in te zetten op innovatieve start-ups en scale-ups ook strategische en organisatorische doelstellingen na. Naast de potentiële meerwaarden, zijn de bedoelingen bij een CVC veel breder: innovatie in (of rond) de eigen activiteitensector identificeren en oppikken, zich financieel positioneren door in te zetten op veelbelovende technologieën en zo een toekomstige aankoop garanderen, nieuwe markten verkennen en ga zo maar door. Met andere woorden: voor de 'grote' spelers is het een manier om jonge disruptieve bedrijven 'op te slorpen' en dus hun soepelheid te versterken, innovatie op de voet te volgen en dus in contact te blijven met de evoluties in hun sector en de concurrentie.
Op naar open innovation
Een CVC is dus een cruciaal element in het innovatiebeleid van grote bedrijven, niet alleen om een voorsprong te behouden, maar ook om zich te beschermen tegen hun eigen zwakheden of om zich te behoeden voor externe bedreigingen. Het is ook een manier om het interne innovatieproces te versnellen omdat ze kunnen profiteren van de soepelheid van de start-ups, onder meer om de beperkingen van een klassieke R&D-afdeling te 'omzeilen'. Maar ook voor de start-up is het een win-winoperatie, want die profiteert niet alleen van de financiële middelen, maar bevindt zich ook in een ecosysteem dat gunstig is voor zijn ontwikkeling. Een 'incubator', zeg maar, waarbij het de broodnodige ondersteuning krijgt om zijn ondernemingsavontuur voort te zetten. Zo kunnen ze profiteren van de juridische, logistieke of financiële expertise, maar krijgen ze ook toegang tot een grote groep klanten of gebruikers (bijvoorbeeld om technologieën 'in het echte leven' uit te testen).
Verschillende investeringslogica's
Elk bedrijf blijft meester over het investeringsbeleid dat wordt gevoerd binnen de corporate
venture-activiteit. En dat zorgt voor bepaalde specifieke elementen ... Eerst en vooral voldoen de investeringscriteria aan een bredere logica dan enkel een financiele return on investment. Er wordt met name rekening gehouden met het waardevoorstel van de start-up op technologisch of commercieel vlak. De corporate kan dus streven naar vooruitgang die rechtstreeks verband houdt met zijn core business, maar kan er ook voor kiezen om een breder domein uit te kammen, een verwante markt te gaan verkennen of 'gewoon' financiële waarde te creëren. En dat heeft bijvoorbeeld een invloed op de doelgroep in de investeringsfase: van een start-up op zoek naar startkapitaal tot een volwassen scale-up. Daardoor zijn de bedragen die worden geïnvesteerd bij CVC's soms veel hoger dan bij een 'klassiek' risicokapitaal. De investeringsduur is bovendien vaak langer en de exitstrategieën zijn ook anders, omdat een terugkoop hier vaak de voorkeur krijgt.
Good practices voor optimale opportuniteiten
Een CVC mag dan wel gezien worden als een must voor veel bedrijven, toch blijft een corporate venture een risicoactiviteit, zeker als je weet dat slechts enkele projecten uiteindelijk ook slagen. Het bedrijf moet dus een gestructureerde aanpak aan de dag leggen om zo dicht mogelijk bij de investeringsdoelstellingen te blijven en de middelen vinden om die te bereiken (een bekwaam investeringscomité, welbepaalde interne business-sponsors, samenhang tussen de aandeelhoudersovereenkost en de strategische doelstellingen enz.).
Bron: Venture Pulse, Q2'18, Global Analysis of Venture Funding, KPMG Enterprise.
07.11.2024
BNP Paribas Fortis Factor: de zuurstof in uw groeiverhaal
Factoring speelt een almaar sterkere rol in het bevorderen van de groei van Belgische en internationale ondernemingen. BNP Paribas Fortis Factor levert de zuurstof in hun groeiverhaal.
U wil dat uw onderneming groeit en bloeit. Daarbij is alle hulp en begeleiding meer dan welkom. De reden is vanzelfsprekend: ondersteuning betekent extra energie voor uw ondernemingsgeest én extra zuurstof voor alles wat uw inventieve groeiplannen mogelijk maakt.
BNP Paribas Fortis Factor, dochterentiteit van BNP Paribas Fortis, heeft een dienst in huis die precies dàt doet: ontzorgen én motiveren; uw groei bevorderen én koesteren. In dit interview steken Jef Ramaekers, Head Factoring Benelux bij BNP Paribas Fortis Factor en Audrey Bourguet, Working Capital Advisor bij Corporate Banking van BNP Paribas Fortis, de voeten onder een tafel waarop één gezamenlijk onderwerp ligt: Factoring en de positieve rol die het kan spelen voor Belgische ondernemingen én hun buitenlandse entiteiten.
Factoring kort en bondig uitleggen, is nochtans een uitdaging. Jef Ramaekers, Head Factoring Benelux bij BNP Paribas Fortis Factor verduidelijkt: “Factoring is om te beginnen een middel, geen doel. Het is een tool om als ondernemer of CFO het werkkapitaal van de onderneming te optimaliseren. Elke financieel verantwoordelijke, bij eender welke onderneming, stelt zich op een bepaald moment dezelfde vraag: ‘Wie moet ik betalen op welk moment en hoe kan ik hem of haar betalen met de middelen die ik heb?’ Praktisch gezegd, maken wij het voor een onderneming via Factoring onder andere mogelijk om leveranciers te betalen, zonder te moeten wachten op geld van klanten om dat te doen. We financieren dus facturen, door ze voor de onderneming om te zetten in geld.”
Dat proces neemt heel actief zorgen en stressfactoren weg. Daardoor krijgen ondernemers de ruimte om te doen wat ze het beste kunnen – ondernemen. Ramaekers: “Wij kiezen ervoor om het ‘zuurstof geven aan groeiverhalen’ te noemen. Maar ik zie zeker de waarde van de term ‘ontzorgen’ in dit verhaal. Als je een ondernemer of CFO de ruimte geeft om zich te focussen op de kernactiviteit en als financieel specialist een belangrijk deel van de financiële kant van hen overneemt, geeft dat extra tijd én mogelijkheden. En minder zorgen, dat klopt.”
Positief
De van oudsher minder positieve connotatie van Factoring, is volgens Ramaekers een geest uit het verleden: “Factoring werd vroeger door nogal wat bedrijfsleiders als een ‘last lender resort’ gezien – een manier om toch nog aan bankkrediet te komen, door de assets, de vorderingen of klantenfacturen te gebruiken. Het laatste redmiddel van een onderneming, dus. Die tijd is – gelukkig maar – lang voorbij. We zijn geëvolueerd naar een zeer open houding ten opzichte van Factoring, waardoor onze tak is uitgegroeid tot een echte serviceprovider. De belangrijkste basisbehoefte van onze klanten is en blijft kortetermijnfinanciering -. Eén op vijf facturen in ons land loopt vandaag via Factoring. Factoring is vandaag een grote markt – meer dan honderd miljard euro per jaar. Van die markt beheert BNP Paribas Fortis Factor 41 procent – goed voor 55 miljard euro per eind 2023.”
Groei
Ook vanuit het oogpunt van de bank is Factoring een bijzonder groeiverhaal. Audrey Bourguet, Working Capital Advisor bij Transaction Banking van BNP Paribas Fortis: “Factoring is vandaag hét financiële product dat zich op een heel mooie manier aanpast aan het groeiende zakencijfer van onze ondernemingen. Het vormt een praktische oplossing voor werkkapitaal, en het maakt deel uit van een portefeuille aan diensten van Transaction Banking. Daarin zitten, naast Factor, ook Global Trade Solutions, Cash Management, Fixed Income en Working Capital Advisory. Al die services hebben een gemeenschappelijk doel: de financiële noden van onze cliënten zo goed mogelijk verzorgen en er als bank zijn in alle situaties waarin ze onze begeleiding kunnen gebruiken.”
Vanuit het standpunt van de bank vormt Factoring een almaar sterker groeiend, positief verhaal, dat in niets nog samenhangt met het verleden. Bourguet: “Dat zie je aan de manier waarop wij Factoring echt integreren in onze bank en in de groep. Maar ook aan de wijze waarmee we de dienst aanbieden aan ondernemers uit alle sectoren en aan ondernemingen van elke grootte. We werken samen met een zeer brede verzameling van ondernemingen in de Belgische economie. Daardoor zien wij heel duidelijk dat het net dié ondernemingen zijn die erin slagen om hun funding van hun werkkapitaal te optimaliseren, door onder andere gebruik te maken van onze Factoringdiensten. Dat sterkt ons in onze overtuiging dat dit een heel positief verhaal is: we hebben het over een vorm van financiering die zich naadloos aanpast aan de groei van elke onderneming, klein of groot.”
Natuurlijke evolutie
Factoring richt zich zowel tot kleine, middelgrote als grote ondernemingen. Ramaekers: “We willen ondernemingen een oplossing bieden doorheen hun volledige levenscyclus – daarin zijn we echt uniek in de markt. Dat wil zeggen dat we er zijn voor zowel de starter, de KMO als voor de multinational, en voor alle soorten ondernemingen die daar tussenin passen. We hebben daar, als enige in de markt via Easy2Cash, ook een gedigitaliseerde oplossing voor kleine ondernemingen klaarstaan. Die digitalisering zorgt niet alleen voor een aantrekkelijk kostenplaatje met heel concurrentiële marges, maar ook voor een betrouwbare, bijzonder snelle en up-to-date link met onze cliënten en hun boekhouding, via een digitale, maar ook persoonlijke en menselijke aanpak. Easy2Cash is dan wel digitaal, maar de link naar een toegewijde contactpersoon maakt er integraal deel van uit. Dat maakt de oplossing persoonlijk én toegankelijk. Om het voorbeeld van starters te geven: voor hen is het vaak niet gemakkelijk om aan kredieten te geraken. Voor die nood aan krediet op bescheiden en korte termijn, bieden wij, in overleg met de bankier bij BNP Paribas Fortis, een oplossing. Op die manier maken we het voor hen mogelijk om verder te groeien, zonder dat ze gehinderd worden door hun meegroeiende behoeftes aan financiering, automatisering, boekhouding, enzovoort. Zo hebben ze via Factoring bijkomende middelen om in die behoeften te voorzien.” Volgens Ramaekers houdt de gestage groei van die jonge ondernemingen ook een aanpassing van de financiële diensten in: “Het is een natuurlijke evolutie, waarin twee partners elkaar vinden. Als uw onderneming groeit, dan groeien wij met u mee, zo eenvoudig is het. Tijdens al die specifieke groeimomenten – als ondernemers aan extra personeel of aan mogelijke export beginnen te denken – groeit Factoring met hen mee. En dat doen we samen met de bank – de groep achter dit verhaal speelt als een team in dit verhaal. En let op: we zijn er ook als er misschien moeilijke momenten de revue passeren. Wij beseffen maar al te goed dat het pad van een onderneming ook soms langs een ietwat lastiger deel van het parcours kan lopen. Net dán zie je de waarde van onze knowhow en van de begeleiding die we bieden.” Mondt het verhaal uit in een groot bedrijf, met de allures van een multinational, dan neemt het belang van Factoring nog toe. Ramaekers: “Van de écht grote bedrijven, met een omzet van meer dan 1 miljard euro, gebruikt in België meer dan 65% Factoringdiensten. De helft daarvan, zijn ook klant bij ons. Factoring biedt, zeker bij de grote ondernemingen, vaak nog extra schaalvoordelen. Zo gaan we daar bijvoorbeeld vorderingen financieren die geen impact hebben op de schuldgraad van een onderneming. Bij de combinatie van een voorfinanciering van facturen met kredietverzekeringen, krijgt een onderneming de mogelijkheid geen schuld tonen in de balans, na aanvaarding door de bedrijfsrevisor. Een technische aangelegenheid, maar wel een samenkomst van verschillende financiële ingrediënten die voor veel ondernemingen Factoring efficiënt, performant én waardevol maakt.”
Economisch weefsel
De twee gesprekspartners zijn het eens over de waarde van Factoring in het ondersteunen van het economisch weefsel. Bourguet: “Voor een deel heeft die ondersteunende invloed te maken met het feit dat Factoring een compleet transparante financiële dienst is – alleen wat er effectief is, kan concreet gefinancierd worden.’ Ramaekers: ‘Dat klopt. Plus: Factoring zit midden in de value chain, in die ketting van het economisch weefsel. We werken samen met onze klanten, met hun klanten (debiteuren), met de bank,… noem maar op. Daardoor zijn we een sleutelfiguur die coördineert én faciliteert. En die met beide voeten stevig op de economische grond staat, vaak ten voordele van al onze klanten. Als wij erin slagen om bijvoorbeeld de betaaltermijn van facturen voor een onderneming te verlagen, heeft dat elke keer weer invloed, niet alleen op die onderneming, maar ook op het positief verlopen van het economische proces. Ik ben er daarom van overtuigd dat we in het ecosysteem van de economie een brede rol spelen – vaak breder dan algemeen wordt aangenomen.”
Ook in dit deel van het financiële veld, spelen opportuniteiten én eerlijke begeleiding een cruciale rol. Ramaekers: “Wij gaan bij Factor in een helder gesprek, samen met onze bank en cliënten, op zoek naar de beste oplossing voor hun vraag. Dat wil zeggen dat we opportuniteiten zien en ze vaak aandragen, maar dat we tegelijkertijd ook een eerlijke, pro-actieve sparringpartner zijn. Praten, analyseren en opbouwend kritisch zijn: dáár draait het allemaal om.” Bourguet: “Ik kan dat alleen maar bijtreden. Met een dienst als Factoring zitten we midden in de economische activiteit van onze cliënten – de ondernemers die op ons beroep doen. En dus kijken we naar elk dossier zo breed mogelijk – niet alleen naar een bancair product of naar een oplossing. Dat maakt de aanpak van BNP Paribas Fortis zo sterk: wij treden aan als een team, dat bestaat uit specialisten van Factor én van de bank. Die groep van mensen uit verschillende, op elkaar afgestemde entiteiten, biedt aan ondernemers én ondernemingen een totaalaanpak, ook voor complexe dossiers. Dat zijn de momenten waarop wij echt steunen op onze interne expertise: jaren van ervaring; collega’s die beslagen op het ijs komen; betrouwbaar economisch cijfermateriaal dat toepasbaar is op heel wat scenario’s: de combinatie stelt ons in staat om ondernemingen niet alleen in de goede richting te sturen, maar om hen financieel bijvoorbeeld ook op een eerlijke, veilige, gezonde manier te begeleiden.”
Toekomst
BNP Paribas Fortis Factor maakt, net als de bank zelf, regelmatig de denkoefening naar de toekomst toe. Als verlener van vooruitstrevende diensten, is het natuurlijk belangrijk om toekomstgericht naar financiële dienstverlening te kijken. Ramaekers: “Ik had het daarnet al over onze digitale oplossing, Easy2Cash. We mogen daar best wel trots op zijn, vind ik, want het is een blik in de toekomst – vandaag al. Los daarvan, evolueert onze dienstverlening zeer organisch richting toekomst: we streven er constant naar om die beschikbaar te maken voor een almaar grotere groep cliënten in het economische veld. Plus: we zijn ook heel hard bezig met duurzaamheid.”
Bourguet: “Dat laatste ligt perfect in het verlengde van wat we met de bank dagelijks doen. Onze betrokkenheid bij duurzaamheid strekt zich als vanzelfsprekend uit tot Factoring: in dat traject incentiveren en motiveren we onze cliënten om samen met ons dat duurzame pad te bewandelen.”
Ook in de ontwikkeling van nieuwe diensten vinden de twee partijen elkaar. Ramaekers: “We zien een opmerkelijke evolutie in de commerciële sector, waarin betalingsuitstel van bijvoorbeeld 30 dagen wordt aangeboden bij nogal wat webwinkels. Ook in de B2B-markt is dat een praktijk die almaar vaker gebruikt wordt. Daar kan Factoring innovatief mee omspringen, dus is dat voor ons een stukje toekomst dat we nu volop aan het ontwikkelen zijn. Ook Europees gezien, zijn er nieuwigheden: e-invoicing, om er maar eentje te noemen, zal binnenkort de norm zijn voor alle ondernemingen. Daar ligt een uitdaging én een opportuniteit qua services en advies, die wij samen met de bank aan het uittekenen zijn.” Bourguet: “Ik denk dat het duidelijk is dat dit een én-én-verhaal is, waarin wij mekaar blindelings vinden. Dat is niet alleen leuk voor ons, maar ook voor onze cliënten. Wij staan met onze voeten in het midden van de economische markt, maar denken ook na over platformen en producten die voorlopen en de toekomst van die markt zullen scheppen.”
Meer info: https://factor.bnpparibasfortis.be/
08.03.2024
Bedrijven hebben er belang bij om te kiezen voor elektrische en multimodale mobiliteit
BNP Paribas Fortis is klaar voor de mobiliteit van morgen. Onze bijdrage gaat veel verder dan het leasen van elektrische voertuigen, zegt Laurent Loncke, General Manager Retail Banking en lid van het directiecomité van de bank.
Hoe kunnen bedrijven van mobiliteit een van de hefbomen maken van hun transitie?
“Als we alleen kijken naar het voertuiggebruik, kan de overstap van fossiele naar elektrische energie de CO2-uitstoot verminderen met een factor vier. Die verandering wordt meer dan ooit fiscaal aangemoedigd in ons land. Vanaf 2035 is de verkoop van auto's met verbrandingsmotoren ook verboden in de Europese Unie. Of het nu gaat om de bedrijfsvloot of de bedrijfswagens voor het personeel, elk bedrijf heeft er belang bij te kiezen voor elektrisch rijden. En dat naast andere vormen van mobiliteit.”
Hebben alle bedrijven dat begrepen?
“Vandaag zijn twee op de drie nieuwe voertuigen bedrijfswagens. En 80% van die bestellingen zijn elektrische voertuigen. Dat is ook het geval bij onze partner Arval.”
Bedrijven spelen dus een voortrekkersrol in deze transitie?
“Zeker. In de eerste plaats omdat bedrijfswagens de tweedehandsmarkt voeden. Dat zal elektrisch rijden voor iedereen toegankelijker maken. Vervolgens omdat wie voor een elektrische auto kiest zijn vrienden en familie kan aanmoedigen hetzelfde te doen. Onze recente Profacts-studie toont aan dat 85% van de eigenaars van een elektrisch voertuig tevreden tot zeer tevreden is dat ze de stap hebben gezet. Maar 42% van de Belgen is nog terughoudend. De helft van hen is bang dat hun batterij leeg is voordat ze kunnen opladen.”
Is die angst terecht?
“Niet helemaal. De meeste automobilisten voelen zich pas comfortabel met een bereik van 500 kilometer, ook al rijden ze maar enkele tientallen kilometers per dag. Los daarvan is het absoluut noodzakelijk om het oplaadnetwerk verder te ontwikkelen. Voor veel mensen, vooral in steden, is het niet mogelijk om thuis een oplaadpunt te installeren. BNP Paribas Fortis draagt bij aan de uitbreiding van het oplaadnetwerk via de participatie in Optimile. Deze Gentse scale-up biedt softwareoplossingen aan voor het opladen van elektrische wagens en ontwikkelt strategische partnerschappen voor de installatie en het onderhoud van oplaadpunten.”
Kan een elektrische auto worden opgenomen in het verloningspakket van elke werknemer?
“Tegenwoordig verschijnen er minder dure voertuigen op de markt die toegankelijk zijn voor het midden- en lager kader. Daarnaast telt bij een elektrische wagen vooral de Total Cost of Ownership. En die totale kosten liggen veel lager dan bij een voertuig met een verbrandingsmotor. Vaak heeft men er alle belang bij om voor leasing te kiezen. We bieden een volledig en op maat gemaakt aanbod aan alle bedrijven, ongeacht hun omvang en behoeften.”
Wat bedoelen jullie precies met een 'compleet aanbod'?
“Naast leasing bieden we dankzij onze vele partners ook oplaadoplossingen aan thuis of op het werk, een oplaadkaart voor openbare netwerken, de automatische terugbetaling van het stroomverbruik thuis, een app om oplaadpunten te vinden en opleidingen in elektrisch rijden.”
Een volledig ecosysteem dus?
“We willen meebouwen aan de mobiliteit van morgen. Door ze te financieren, via krediet of leasing, te verzekeren, maar ook door samen te werken met partners buiten onze traditionele activiteiten. Zoals het al eerder vermelde Optimile, en Touring, een organisatie die garant staat voor betrouwbaarheid.”
Maar mobiliteit gaat toch niet alleen over de auto?
“Wij willen eerder de relatie met de auto heroverwegen. Gezien de klimaatdoelstellingen en de toenemende schaarste aan grondstoffen, is het onmogelijk om elke verbrandingsauto te vervangen door een elektrische. Arval biedt een uitgebreide expertise aan bedrijven die mobiliteit anders willen bekijken. We helpen hen om hun behoeften te analyseren, alternatieven voor de auto te vinden, een mobiliteitsbudget ter beschikking te stellen of een mobiliteitsbeleid op te stellen. We bieden fietsleasing aan, al dan niet in combinatie met autoleasing. We geloven sterk in multimodaliteit en mobility as a service-oplossingen: de mogelijkheid om verschillende vervoersmodi te combineren en er gemakkelijk voor te betalen. Dat is ook een van de specialiteiten van onze partner Optimile.”
Staan bedrijven en hun werknemers open voor deze boodschap?
“Het idee dat werknemers niet langer zeggen 'ik heb zoveel voor mijn auto in mijn salarispakket', maar eerder 'ik heb zoveel voor mijn mobiliteit', wint terrein. Betalen voor gebruik in plaats van bezit zien we al in fitness of streaming. Mobiliteit gaat dezelfde weg op, met deelauto's en forfaitaire abonnementen die het kostenplaatje voorspelbaarder maken voor bedrijven en particulieren. Maar de snelheid van deze verandering hangt ook af van het succes van het federale mobiliteitsbudget, dat moeilijk van de grond komt.”
BNP Paribas Fortis nv – Warandeberg 3 – B-1000 Brussel – BTW BE 0403.199.702 – RPR Brussel
Optimile nv – Sassevaartstraat 46 bus 204, 9000 Gent – RPR Gent – BTW BE 0648.837.849 – www.optimile.eu - BNP Paribas Fortis nv bezit een deelneming van meer dan 10% in Optimile nv.
Arval Belgium nv, Ikaroslaan 99, 1930 Zaventem – RPR Brussel – BTW BE 0436.781.102
Touring nv, Koning Albert II-laan 4 B12, 1000 Brussel – RPR Brussel – KBO BE 0403.471.401, is ingeschreven onder dit nummer bij de FSMA, Congresstraat 12-14, 1000 Brussel, en handelt als verbonden agent, vergoed door commissies, voor AG Insurance nv. AG Insurance nv bezit een deelneming van meer dan 10% in Touring nv.
01.12.2023
Welke steun voor uw bedrijf?
De drie gewesten van ons land voorzien in een reeks subsidies voor bedrijven en zelfstandigen die investeren. Onze experten scheppen klaarheid en helpen u bij de indiening en opvolging van uw dossier.
De modaliteiten, bedragen en voorwaarden van investeringssteun verschillen sterk van gewest tot gewest. Welke regelgeving van toepassing is, hangt af van de ligging van de exploitatiezetel waar de investeringen worden gedaan. De maatschappelijke zetel heeft daar geen invloed op en kan in eender welk land gelegen zijn. Bovendien blijft een subsidieaanvraag een vrij zwaar administratief proces. Daarom zorgen onze experts voor alle stappen, van het indienen van de premieaanvraag tot het bekomen ervan.
Uitgebreid steunpakket in Vlaanderen
Vlaanderen kent verschillende soorten subsidies toe. De belangrijkste voorbeelden daarvan zijn de strategische transformatiesteun, de ecologiepremie, de strategische ecologiesteun, de kmo-portefeuille en de groeisubsidie.
Elke vorm van steun is gericht op verschillende soorten investeringen of bedrijven. Ook het subsidieniveau varieert sterk en gaat van 8% voor een strategische investering in een groot bedrijf tot wel 50% voor consultancykosten van een kmo.
Onze experten bekijken de verschillende subsidiemogelijkheden samen met u. Vervolgens brengen ze u in contact met een specialist van VLAIO, het Agentschap Innoveren & Ondernemen in Vlaanderen, die de fakkel van ons overneemt en u verder begeleidt bij uw aanvraag.
Klassieke en ecologische steunmaatregelen in Wallonië
In Wallonië zijn de investeringssubsidies voorbehouden voor bedrijven die actief zijn in een beperkt aantal sectoren. Activiteiten die niet in aanmerking komen, zijn bijvoorbeeld de detailhandel, de transportsector of de vrije beroepen.
De modaliteiten verschillen bovendien naargelang de grootte van het bedrijf. Kleine bedrijven moeten een bedrag van minstens 25.000 euro investeren. Voor grote bedrijven gelden hogere drempels en zij moeten investeren in een ontwikkelingsgebied.
Concrete voorbeelden van investeringen voor professioneel gebruik die in aanmerking komen, zijn onder meer de aankoop of de bouw van vastgoed, de aankoop van een terrein of de aankoop van nieuw bedrijfsmateriaal.
De basispremie varieert van 4% tot 6%. Verhogingen zijn mogelijk wanneer banen worden gecreëerd, bij een innovatieve aanpak, bij diversifiëring in het buitenland enz. Voor projecten die het gebruik van duurzame energie en de bescherming van het leefmilieu bevorderen, kunt u een hogere premie krijgen tot 20%.
Merk op dat u de aanvraag moet indienen voor u een definitieve verbintenis aangaat. Investeringen waarvoor u al een offerte hebt ondertekend, kunnen dus niet meer worden gesubsidieerd.
Onze experten begeleiden uw bedrijf met plezier bij alle stappen.
De overvloedigste subsidies in Brussel
De Brusselse premie voor (im)materiële investeringen of werken kan worden toegekend in de meeste sectoren. In totaal komt ongeveer 80% van de economische activiteiten in de hoofdstad in aanmerking voor subsidies. De twee grootste uitzonderingen zijn het onderwijs en de vastgoedsector.
Om een subsidie te kunnen ontvangen, moet het investeringsproject ten minste 10.000 euro bedragen voor een beginnende ondernemer en minstens 15.000 euro in de andere gevallen, naargelang de grootte van het bedrijf. De investering moet bovendien bestemd zijn om een bestaande activiteit verder te ontwikkelen of te verbeteren. Een activiteit eenvoudigweg vervangen door een andere is niet toegestaan.
De subsidie kan oplopen tot 30% van het investeringsbedrag, met een gemiddelde van 12,5%. Het subsidieniveau hangt af van een reeks criteria, zoals starter zijn of het aantal werknemers met meer dan 30% verhogen.
In de loop van 2024 zal de hervorming van de steunmaatregelen de premies voor duurzame projecten en projecten in het kader van de circulaire economie nog verder versterken.
Ook in Brussel moet u de aanvraag indienen voor u een definitieve verbintenis aangaat. Investeringen waarvoor u al een offerte hebt ondertekend, kunnen dus niet meer worden gesubsidieerd.
En ook hier kunt u rekenen op de begeleiding door onze experten tijdens elke stap van het proces.
22.06.2023
Maritiem transport: focus op de impact van decarbonisatie en energietransitie
Eind mei brachten BNP Paribas Fortis en de Universiteit Antwerpen een groep experts samen om de vele uitdagingen rond de decarbonisatie van de maritieme transportsector te bespreken. Wat moet je onthouden?
De leerstoel BNP Paribas Fortis Transport, Logistiek en Havens werd twaalf jaar geleden opgericht en is verbonden aan de Universiteit Antwerpen. Hij voert uitgebreid onderzoek naar concrete en innoverende manieren om een steeds veerkrachtiger – en duurzamer – maritiem ecosysteem te creëren.
Na het succes van de eerste twee grote evenementen in 2017 en 2019 besliste de leerstoel om dit jaar opnieuw een samenkomst te organiseren. Zo kwamen op 25 mei 2023 een reeks specialisten en actoren uit de haven- en maritieme sector samen in de gebouwen van BNP Paribas Fortis in Antwerpen. Daar bespraken ze de impact van decarbonisatie op het maritieme ecosysteem.
Dit zijn hun voornaamste conclusies ...
1 – We moeten een versnelling hoger schakelen
Maritiem transport is momenteel de meest koolstofzuinige vorm van commercieel vervoer, op basis van de CO₂-uitstoot per ton en per kilometer. Maar het kan beter.
Tot dusver gaven de spelers in de sector de voorkeur aan snelle winsten. Bijvoorbeeld door de schroeven van schepen te wijzigen en hun snelheid aan te passen. Maar op 25 mei kwamen de experts overeen dat het nu tijd is om te experimenteren met nieuwe brandstoffen en technologieën en te evolueren naar (bijna) emissievrije brandstoffen. Het tempo van de verandering versnelt, maar er is nog geen mirakeloplossing. De kosten (en risico's) zijn enorm.
2 – Eén en slechts één internationale regelgeving graag!
Het reglementaire kader is complex en evolueert voortdurend.
Tegen 2030 verbindt de International Maritime Organization (IMO), die afhankelijk is van de VN, zich ertoe de koolstofproductie van alle schepen met 40% te verminderen ten opzichte van 2008. En met 70% tegen 2050.
De Europese Unie verbindt zich ertoe om de uitstoot van broeikasgassen in het maritiem vervoer tegen 2030 met minstens 55% te verminderen, in vergelijking met 1990. Tegen 2024 zal een emissiehandelssysteem (ETS) van toepassing zijn op alle schepen van meer dan 5.000 bruto ton van en naar de havens van de EU.
Kortom: de dingen bewegen in de goede richting. Maar volgens de spelers in de sector zijn er heel wat regionale en supraregionale programma's die parallel blijven lopen. En dat brengt een administratieve en financiële overlast met zich mee.
Op 25 mei bereikten alle stakeholders een akkoord over twee punten: ten eerste is een uniek internationaal beleid noodzakelijk, aangezien het om een wereldwijde sector gaat. En ten tweede moeten spelers die de regels niet naleven, worden bestraft.
3 – De transitie naar koolstofneutraliteit
De investering die nodig is voor de bouw van nieuwe, groenere schepen wordt geschat op 5.000 miljard dollar tegen 2050. De kosten voor de modernisering van de bestaande vloot zijn nog niet bekend, maar zullen niet min zijn ... Bovendien zal de investering om de haveninfrastructuur te vernieuwen gigantisch zijn.
4 – Grote onzekerheid over de beste brandstof en/of technologie
Wat wordt de brandstof of technologie van de toekomst? De meningen lopen uiteen.
Veel brandstofsoorten met een lage uitstoot zullen waarschijnlijk enige tijd naast elkaar blijven bestaan. Elektriciteit zal alleen worden gebruikt op kustschepen, veerboten en bepaalde trailers. Grote schepen zullen vloeibaar aardgas (LNG) of vloeibaar petroleumgas (LPG) gebruiken, of methanol, ammoniak en misschien zelfs biobrandstoffen.
Het transport over lange afstanden zal in eerste instantie afhangen van de zware brandstof, eventueel met koolstofafvang en -opslag. Waterstof heeft potentieel, maar de dichtheid, opslag en manipulatie ervan roepen vragen op. Ook wind, zonne-energie en kernenergie blijven niet achter.
Maar het echte probleem vandaag is dat als het aantal schepen dat met schonere brandstoffen kan werken, effectief toeneemt, die brandstoffen nog niet voldoende internationaal beschikbaar zijn. Het aanbod ligt met andere woorden beduidend lager dan de vraag.
5 – Banken spelen een sleutelrol
Banken spelen een sleutelrol in de financiering van de energietransitie. In 2019 hebben elf financiële instellingen – voornamelijk Europese instellingen, waaronder de groep BNP Paribas – de Poseidon-principes ingevoerd, die de overgang naar koolstofarme shipping ondersteunen. Dankzij dat wereldwijde kader kan de koolstofintensiteit van bankleningen voor de maritieme sector worden gemeten en is die voor iedereen bekend. Vandaag zijn er 24 ondertekenaars, waaronder Japanse financiële instellingen. En dat is goed nieuws.
Graag meer info?
De presentaties, video's en foto's van het evenement van 25 mei 2023 zijn beschikbaar op deze pagina.
Niet te missen
- Corporate venture wil innovatie ondersteunen bij grote bedrijven
- BNP Paribas Fortis Factor: de zuurstof in uw groeiverhaal
- Bedrijven hebben er belang bij om te kiezen voor elektrische en multimodale mobiliteit
- Welke steun voor uw bedrijf?
- Maritiem transport: focus op de impact van decarbonisatie en energietransitie